Zoek de werkwoorden

1 / 17
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Quiz werkwoorden




Slide 2 - Slide

Wat zijn de werkwoorden?


Log eerst in!!

Slide 3 - Slide

Zoek het werkwoord:
Ik kijk elke dag een filmpje op mijn computer.
A
Ik
B
dag
C
kijk
D
filmpje

Slide 4 - Quiz

De juf zette de computer aan.
A
zette aan
B
De juf
C
computer
D
zette

Slide 5 - Quiz

Ik lachte nooit om zijn flauwe grappen.
A
grappen
B
flauwe
C
lachte
D
Ik

Slide 6 - Quiz

Hij praat steeds door de les!
A
steeds
B
praat
C
Hij
D
les

Slide 7 - Quiz

Max is een gezellige jongen.
A
is
B
Max
C
jongen
D
gezellige

Slide 8 - Quiz

Fleur heeft mooi blond haar.
A
Fleur
B
heeft
C
blond
D
er staat geen werkwoord in deze zin

Slide 9 - Quiz

Hij brandde zijn vingers aan de kaars.
A
brandde
B
kaars
C
Hij
D
vingers

Slide 10 - Quiz

Welke woorden zijn een werkwoord?
A
loopt, de, een
B
rijdt, loopt, fietst
C
bus, fietst, brommer
D
bus, rijdt, de

Slide 11 - Quiz

Welke woorden zijn werkwoorden?
A
boek, schrift, vakantie
B
huilen, dansen, spelen
C
bouwvakker, lasser, timmerman
D
geen van deze antwoorden is juist

Slide 12 - Quiz

Noteer het juiste werkwoord:
Mijn oma (vinden) het erg leuk om met mij te winkelen.
A
vind
B
vindt

Slide 13 - Quiz

(Houden) jij van regelen en kun je snel besluiten nemen?
A
Houdt
B
Houd

Slide 14 - Quiz

Vul het juiste woord in:
Onze klas .... mee aan het project voor een waterput in Afrika.
A
dee
B
doen
C
doet
D
doe

Slide 15 - Quiz

Wat zijn de werkwoorden?
Voetbalsupporters worden helaas vaak agressief als ze verliezen.
A
verliezen
B
worden
C
helaas, verliezen
D
worden, verliezen

Slide 16 - Quiz

Vul in wat je nu weet van een werkwoord.

Slide 17 - Open question