H3 waarnemen 3.2 Zien les 3

H3 Waarnemen

De grote hersenen kunnen je waarnemingen beïnvloeden.

Je waarnemingen zijn niet goed verwerkt.

1 / 26

Slide 1: Slide

BiologieMiddelbare schoolvmbo k, havoLeerjaar 1

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

Lesson duration is: 45 min

Items in this lesson

H3 Waarnemen

De grote hersenen kunnen je waarnemingen beïnvloeden.

Je waarnemingen zijn niet goed verwerkt.

Slide 1 - Slide

3.2 Zien

Aan het eind van de les weet ik...

Uit welke onderdelen je ogen bestaan.

Hoe je ogen werken

Hoe je ogen genoeg licht krijgen.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Iris

Pupil

Oogwit

Slide 4 - Drag question

lagen van buiten naar binnen:

1. Harde oogvlies en Hoornvlies

2. Vaatvlies en iris

3. Netvlies

4. Glasachtig lichaam

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

De binnenkant van een oog

Aan het harde oogvlies zitten oogspieren vast.

Slide 7 - Slide

Belangrijke notitie

Vaatvlies: Voorziet oog van zuurstof en voedingsstoffen
Netvlies: Bevat de zintuigcellen van het oog
Lens met kringspieren: zorgt voor een scherp beeld.
Glasachtig lichaam: Houdt netvlies op zijn plaats

Slide 8 - Slide

Harde oogvlies

Netvlies

Vaatvlies

Vangt lichtprikkels op

beschermt alles wat binnenin het oog zit

Hierin zitten de bloedvaatjes die stoffen vervoeren die het oog nodig heeft

Slide 9 - Drag question

Zelf aan de slag

Maken opdracht 6 op blz. 112 wb

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

De staafjes & kegeltjes

Slide 13 - Slide

Kegeltjes

Kegeltjes; hiermee zie je Kleuren.

Kegeltjes werken alleen bij veel licht.

Staafjes

Staafjes: zwart, wit en grijstinten

Staafjes werken bij weinig licht

Slide 14 - Slide

Pupilreflex

Licht valt door de pupil

De pupil regelt hoeveel licht op de netvlies valt
Veel licht: pupil wordt kleiner (beschermen van netvlies)
Weinig licht: pupil wordt groter

Slide 15 - Slide

Aan de slag

Maken opdracht 3 t/m 13

vanaf blz. 111

H3: 3.2 zien

timer

10:00

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video

de lens

Als de lens bol is kan je dichtbij scherp zien

Als de lens plat is kan je veraf scherp zien

Accommoderen = scherpstellen

Slide 18 - Slide

Lens - scherpstellen

Veraf: platte lens

Dichtbij: bolle lens

Slide 19 - Slide

Hoe zie je diepte?

2 ogen

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

wanneer heb je een bril nodig?

• niet scherp ziet

• twee oorzaken:

- ooglens kan zich niet goed
plat of bol maken

- vorm van je oogbol is niet
goed

• jonge mensen vaak
verkeerde vorm

Slide 22 - Slide

bril nodig?

Oogbol te kort = verziend

beeld dichtbij valt achter het netvlies, bril met + lens

Oogbol te lang = bijziend

beeld veraf valt voor het netvlies, bril met - lens

Slide 23 - Slide

Huiswerk 9 t/m 22

H3 waarnemen

3.2 Zien

Blz 101

Slide 24 - Slide

Tot ziens!

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Video

H3 waarnemen 3.2 Zien les 3

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Slide 4 - Drag question

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Drag question

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Video

More lessons like this

3.2 Zien dl2

15.3 Gezichtszintuig dl1 (zelfstandig)

H3 waarnemen 3.2 Zien

Les 2 De smaak van kleur

H3 waarnemen 3.2 Zien

D1BTh5 B4 Zien - lln

15.3+15.4 oog

H3 waarnemen 3.2 Zien