Thema D3. De Eerste & de Derde Wereldoorlog

Thema D3. De Eerste & de Derde Wereldoorlog
1 / 51
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 4

This lesson contains 51 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

Items in this lesson

Thema D3. De Eerste & de Derde Wereldoorlog

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Inhoud van het thema
  • Bladzijden theorieboek: 122 t/m 135
  • Bladzijden opdrachtenboek: 113 t/m 129 

We gaan twee crises met elkaar vergelijken:
De moord op Frans Ferdinand (1914) & de Cubacrisis (1962)


Slide 3 - Slide

Op basis van informatie over deze crises:

1. Waarom brak WO 1 wél uit en WO 3 niet?
2. Is een Derde Wereldoorlog mogelijk?

Slide 4 - Slide

Contextualiseren
Context = Achtergrondinformatie
Contextualiseren = Achtergrondinformatie erbij betrekken

Welke ontwikkelingen, personen en oorzaken hebben bijgedragen aan het uitbreken van WO 1 en het niet uitbreken van WO 3?


Slide 5 - Slide

Multicausaliteit

Slide 6 - Slide

Wat is er nodig om een Wereldoorlog uit te laten breken?

Slide 7 - Mind map

Slide 8 - Video

Start opdracht
Schema invullen in Teams:
Stap 1. Lees 'Crisis van 1914' en 'crisis van 1962' (blz 122 en blz 124)
Stap 2. Schrijf een samenvatting van deze crises in het schema (zie Teams)
Huiswerk voor de volgende les.

Slide 9 - Slide

Crisis van 1914
Aanleiding voor de oorlog was de moord op de Oostenrijkse kroonprins Frans Ferdinand. Op 28 juni 1914 werd hij doodgeschoten in de Bosnische hoofdstad Sarajevo.

Wat waren ook alweer de oorzaken?

Slide 10 - Slide

Omschrijf/benoem de indirecte oorzaken van de Eerste Wereldoorlog

Slide 11 - Open question

Oorzaken 
Eerste Wereldoorlog
  • Nationalisme 
  • Economische concurrentie
  • Militarisme + wapenwedloop
  • Modern Imperialisme
  • Bondgenootschappen 

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Video

Crisis van 1962: Cubacrisis
Oorzaak: Op het eiland Cuba waren in 1959 de communisten onder leiding van Fidel Castro aan de macht gekomen. Cuba werd een belangrijke bondgenoot voor de S.U.
Aanleiding: De V.S. ontdekken dat de S.U. in het geheim kernraketten op Cuba wilde plaatsen.
Gebeurtenis: De Amerikaanse president, Kennedy, liet een blokkade van schepen rond Cuba leggen en eiste dat de Russen de raketten zouden weghalen. Russische schepen met kernkoppen naderden de blokkade.
Gevolgen: Chroesjtsjov, de leider van de S.U., liet de raketten weghalen. De V.S. haalden hun raketten uit Turkije weg. Er ontstond vanaf toen meer overleg tussen de V.S. en de S.U. Zo ontstond er een meer ontspannen sfeer.

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Mogelijke oorzaken van de Derde Wereldoorlog?

Slide 16 - Slide

Bondgenootschappen 1914

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Bondgenootschappen 1962

Slide 19 - Slide

Oprichting van de NAVO
  • NAVO pgericht in april 1949
  • Oorspronkelijk militair bondgenootschap tussen Noord-Amerika en West-Europa tegen het communisme

  • De NAVO bestaat nog steeds
  • Zorgt voor spanningen tussen Rusland en het Westen

Slide 20 - Slide

Warschaupact, 1955
  • Militair bondgenootschap van de Sovjet-Unie

  • Tegenhanger van de NAVO

  • Opgericht als reactie op toetreding van West-Duitsland tot de NAVO

  • Heeft bestaan tot 1991

Slide 21 - Slide

De kernwapenwedloop

Oftewel allebei zoveel mogelijk kernwapens produceren om een kernwapenoorlog te voorkomen:

Wederzijdse afschrikking.


Sinds de Cubacrisis probeert men voorraad en verspreiding ervan te beperken: SALT-verdragen

Slide 22 - Slide

Oorzaken 
Eerste Wereldoorlog
  • Nationalisme 
  • Wapenwedloop
  • Militarisme 
  • Modern Imperialisme
  • Bondgenootschappen 

Slide 23 - Slide

De Eerste en de Derde Wereldoorlog





§4 Internationale vredesinspanningen 

Slide 24 - Slide

Oorlogen vóór 1914
  • Vernietigingskracht nieuwe wapens
  • Krimoorlog  1853-1856
  • Amerikaanse burgeroorlog 1861 - 1865
  • Tijdgenoten maken zich zorgen: organisaties opgericht 

Slide 25 - Slide

vredesorganisaties in 1914
  • Rode Kruis (oorlogsgewonden)
  • Conventie van Genève (regels voor menswaardige behandeling gewonden en krijgsgevangenen)
  • Vredesconferenties Den Haag (belofte: geen gifgas, geen luchtbombardementen)
  • Permanent hof van Arbitrage (scheidsrechter bij internationale conflicten)

Slide 26 - Slide

Vredespaleis Den Haag

  • 1907 
  • reglement voor eerlijke oorlogvoering
  • burgerslachtoffers vermijden
  • geen gifgas
  • krijgsgevangenen goed behandelen
  • geen luchtbombardementen

Slide 27 - Slide

Gifgas WOI


  • Gif- of strijdgassen moesten ervoor zorgen dat de vijand, in paniek, de loopgraven zouden verlaten
  • De meeste gasaanvallen waren door het gebruik van gasmaskers steeds minder dodelijk voor de soldaten, maar zorgde voor brandwonden, tijdelijke blindheid en angst

Slide 28 - Slide

Luchtschepen 1914  - 1918


  • Om het slagveld beter te kunnen observeren, gebruikte men luchtschepen om de ligging van de vijandelijke loopgraven te achterhalen.
  • Behalve voor observatie werden Zeppelins (type Duitse luchtschepen) ook gebruikt voor bombardementen (op Antwerpen en Londen)


Slide 29 - Slide

Vliegtuigen WOI


  • Om voor een echte doorbraak in de oorlog te zorgen, zijn de eerste vliegtuigen nog te primitief.
  • Toch beleeft de wereld de eerste luchtgevechten en bombardementen.

Slide 30 - Slide

Vlammenwerpers WOI



  • Net als gifgas moet de vlammenwerper voor paniek bij de vijand zorgen.
  • Brandende benzine wordt, soms over afstanden van honderden meters, over het slagveld gespoten

Slide 31 - Slide

Duikboten WOI


  • Duikboten bestonden al sinds de 19e eeuw, maar in de Eerste Wereldoorlog werden ze voor het eerst (met name door Duitsland) massaal ingezet.
  • De Duitsers probeerden met de Onbeperkte Duikbotenoorlog (1915/1917) alle schepen (oorlogs-, koopvaardij- en passagiersschepen) tot zinken te brengen

Slide 32 - Slide

Conclusie
Internationale afspraken hadden in WOI geen effect

Slide 33 - Slide

 Oprichting Verenigde Naties



  • Het idee komt voort uit de Volkenbond die na de Eerste Wereldoorlog werd opgericht door de Amerikaanse president Wilson
  • De VN werd in 1945 opgericht na de Tweede Wereldoorlog

Slide 34 - Slide


Organisatie


  • Alle lidstaten hebben één stem in de Algemene Vergadering
  • De Veiligheidsraad is het belangrijkste orgaan van de VN
  • Deze bestaat uit vijf vaste leden en tien wisselende leden
  • De vijf vaste leden (CH, VS, RUS, GB, FA) hebben vetorecht 

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Slide

Stemming onder de bevolking 1914

Slide 37 - Slide

Nationalisme

Er was een groeiend nationalisme in Europese landen

  • liefde voor het eigen volk --> trots zijn op je eigen land
  • Dit nationalisme werd versterkt door het modern imperialisme (periode van 1870 tot 1914 waarin Europese landen grote delen van Afrika en Azië veroverden en die tot kolonies maakten)
  • Er was een groeiend verlangen voor "sterven voor het vaderland"
  • Nationalisme leidde tot tegenstellingen en spanningen in Europa.

Slide 38 - Slide

Militarisme
moed, discipline, strijdlust
N.b. door het militarisme bleven jonge mannen zich maar aanmelden voor de oorlog

Slide 39 - Slide

Militarisme
  • Militarisme: verheerlijken en vergroten van het leger
  • GEVOLG:  wapenwedloop en spanningen tussen de Europese landen

Slide 40 - Slide

Stemming onder de bevolking 1962

Slide 41 - Slide

Inzet kernwapens
  • Afschrikkend effect
  • Zullen niet snel echt afgevuurd worden
  • MAD: Mutual Assured Destruction
  • Vooral dreigen

Slide 42 - Slide

Nieuwe kernwapens
  •  NAVO maakt ook lange afstand kernwapens
  • Geplaatst in NAVO-landen...dus ook Nederland
  • Demonstraties tegen kernwapens 
  • Bang voor kernoorlog
  • Wantrouwen bij de bevolking; kernoorlog!

Slide 43 - Slide

Protest tegen de Vietnamoorlog 
  • Vanuit de huiskamer te volgen op tv 

  • Oorlogsmisdaden

  • "Wat doen we hier?!"

  • Protesten in de VS en in Europa

  • 1975: Amerika trekt zich terug
              Heel Vietnam wordt communistisch

Slide 44 - Slide

Conclusie
De stemming van de bevolking heeft invloed op oorlogsvoering en op het uitbreken van een oorlog.
Het volk was bij WO1 'klaar' voor een oorlog, in 1963 waren ze oorlogsmoe en bang voor een kernoorlog.

Slide 45 - Slide

De rol van politieke en militaire leiders
Alleenheersers voor 1914:
- Rusland, Oostenrijk-Hongarije, Duitsland
- Veel invloed van leiders; mogelijk grote gevolgen
- Veel invloed militaire top; machtsbehoud belangrijk
Democratieën voor 1914:
- Meer invloed van het volk; minder kans op oorlog
- Militarisme zorgt voor grote invloed militaire leiders
- Door bondgenootschappen vaak betrokken

Slide 46 - Slide

Politieke leiders 1962
3 grote leiders:
Kennedy (president VS)
Chroesjtsjov (president SU)
Castro (dictator Cuba)


Slide 47 - Slide

Nikita
 Chroesjtsjov

Politiek van vreedzame coëxistentie
De Sovjet-Unie en de Verenigde Staten moesten vreedzaam naast elkaar kunnen leven. Er zou geen oorlog moeten komen.

Slide 48 - Slide

John F. Kennedy
Kennedy was een jonge leider.
Wilde internationaal daadkrachtig overkomen, ook met betrekking tot Sovjet-Unie.
  • Publieke toespraken
  • Konvooien sturen naar Berlijnse Muur
  • Invasie Varkensbaai

Slide 49 - Slide

Fidel Castro
In 1959 kwam Fidel Castro aan de macht op Cuba.
Fidel Castro maakte alle bedrijven en land van de staat. (Communisme)
In 1961 deden Cubaanse ballingen gesteund door de VS een mislukte invasie in de Varkensbaai.
Cuba zocht hierna steun bij de Sovjet-Unie.

Slide 50 - Slide

Chroesjtsjov
Kennedy
Kernraket
Chroesjtsjov en Kennedy zitten allebei op een kernraket. Aan elke raket zit een snoer, waar loopt dat heen?
Hand aan de knop
Chroestsjov en Kennedy hebben allebei hun vinger bij de knop. Als ze deze indrukken ontploft de kernraket waar de ander op zit. 
Handje drukken
Chroesjtsjov en Kennedy zijn aan het handje drukken. Dit betekent dat ze verwikkeld zijn in een machtsstrijd. Alleen degene die het handje drukken wint, loopt een groot risico. Beide mannen hebben een kernraket achter de hand. Dit geeft precies de situatie van de Koude Oorlog weer. De Sovjet-Unie en de Verenigde Staten waren verwikkeld in een nucleaire wapenwedloop. Beiden konden een nucleaire aanval beantwoorden met nucleaire wapens. Dit zou een kernoorlog betekenen waarbij beide grootmachten vernietigd konden worden. 

Slide 51 - Slide