This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 80 min
Items in this lesson
Betoog
Pak je leesboek er vast bij!
Slide 1 - Slide
Vandaag
Lezen
Betoog uitleg & quizvragen
Schrijven / toetsinzage
Afsluiting
Slide 2 - Slide
Lezen
timer
15:00
Slide 3 - Slide
Info
Uitleg Woordenschat
Opdracht Woordenschat maken
Vragen?
Verder werken
Afsluiting
Periode 2
Leesvaardigheid 9-13 december
Betoog (week van 3 maart)
PO Literatuurgeschiedenis (week van 14 april)
Vandaag
Info
Lezen
Info
Leesvaardig
Literatuur
Studenten
Afsluiting
Slide 4 - Slide
Doelen
-Je weet wat er in een inleiding van een betoog hoort.
- Je hebt geoefend met inleidingen schrijven.
Slide 5 - Slide
Gisteren
Wat is een betoog ook alweer?
Vandaag
Info
Lezen
Info
Beschouwing
Afsluiting
Slide 6 - Slide
Opdracht 1
Ga naar robindefilm.nl
Kijk ‘Robin, de film’ individueel of in tweetallen. Het is een interactieve film, niet iedereen zal dus hetzelfde zien.
Vul tijdens of na het kijken de 15 dilemma's in voor jezelf.
Deze staan in de studiewijzer: week 3.
Vandaag
Info
Lezen
Info
Beschouwing
Afsluiting
Slide 7 - Slide
Opdracht 2
Goede inleiding:
- Duidelijk waar je tekst over gaat
- Standpunt er dus in zetten
- De lezer wil graag verder lezen.
Vandaag
Info
Lezen
Info
Beschouwing
Afsluiting
Slide 8 - Slide
Opdracht 2
Schrijf een inleiding voor een betoog aan de hand van drie van de vijftien dilemma’s. Elke inleiding moet minimaal 100 woorden zijn.
Je hebt uiteindelijk dus drie inleidingen.
Vandaag
Info
Lezen
Info
Beschouwing
Afsluiting
Slide 9 - Slide
Doelen
-Je weet wat er in het middenstuk van een betoog hoort.
- Je kunt een argument goed onderbouwen.
Slide 10 - Slide
Bouwplan voorbeeld
Titel
Alinea 1 Inleiding
Alinea 2 Stelling
Alinea 3 en 4 Twee argumenten voor
Alinea 5 Argument tegen en weerlegging
Alinea 6 Conclusie
Slide 11 - Slide
Argumenten sterk maken (AUB)
Argument: noem je argument
Uitleg: geef uitleg waarom dit goed of slecht is
Bijvoorbeeld: geef een situatie om het te verduidelijken
NB: voor je argumenten kun je bronnenonderzoek doen naar informatie die je kan helpen.
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Video
Wie probeert Lubach met dit filmpje te overtuigen?
A
Vegetariërs
B
Groenlinksstemmers
C
Vleeseters
D
De politiek
Slide 14 - Quiz
Hoe weerlegde Lubach het argument dat we geen vlees mogen eten, omdat dat zielig is voor de dieren?
Slide 15 - Open question
Wat was Lubach zijn hoofdargument waarom we toch minder vlees moeten eten?
Slide 16 - Open question
Hoe ziet Lubachs AUB-model eruit voor de stelling: We moeten minder vlees eten?
Slide 17 - Open question
Antwoord AUB model
Argument: Het is de makkelijkste oplossing tegen klimaatvervuiling
Uitleg: De uitstoot van broeikasgassen en de water verspilling van veeteelt is belachelijk hoog
Bijvoorbeeld/Bewijs: Uit onderzoek bleek dat de veehouderij een grotere vervuiler is dan andere sectoren zoals luchtvaart, auto's en de kinderwens van Anouk
Slide 18 - Slide
Er zijn drie soorten standpunten:
- een positief standpunt
- een negatief standpunt
- een standpunt van twijfel
Herkennen jullie de verschillende soorten?
Slide 19 - Slide
Standpunten
We onderscheiden drie soorten standpunten:
Positief standpunt: De regering heeft de juiste coronamaatregelen getroffen.
Negatief standpunt:
De regering heeft niet de juiste coronamaatregelen getroffen.
Standpunt van twijfel:
Ik weet niet wat ik moet denken van de coronamaatregelen van de regering.
Slide 20 - Slide
Ik kan nu nog niet zeggen wat ik van zijn opmerking vind
A
Positief standpunt
B
Negatief standpunt
C
Standpunt van twijfel
Slide 21 - Quiz
'Ik wil niet mee naar Spanje op examenreis' is een voorbeeld van
A
een positief standpunt
B
een negatief standpunt
C
een standpunt van twijfel
Slide 22 - Quiz
Dieselauto’s van 15 jaar en ouder zouden niet alleen in het centrum van Utrecht verboden moeten worden.
A
Positief standpunt
B
Negatief standpunt
C
Standpunt van twijfel
Slide 23 - Quiz
We kunnen beter een particulier beveiligingsbureau voor school inhuren. Er zijn inmiddels meerdan genoeg lap-tops verdwenen.
A
Positief standpunt
B
Negatief standpunt
C
Standpunt van twijfel
Slide 24 - Quiz
Tegenargument en weerlegging
Tegenargument: je gaat in op het standpunt van de andere partij. Je ontkracht als het ware het standpunt.
Weerlegging: je gaat in op het argument van de andere partij, je ontkracht het tegenargument.
Slide 25 - Slide
Wat is een weerlegging?
A
Een nieuw tegenargument
B
Een argument voor de stelling
C
Een aanvulling op het tegenargument
D
Het tegenspreken van een tegenargument
Slide 26 - Quiz
Opdracht
Kies van je drie inleidingen de beste, vraag ook aan je buur welke inleiding de beste is.
Bedenk je eerste argumenten en schrijf dit argument uit.
Maak gebruik van AUB.
Vandaag
Info
Lezen
Uitleg
Schrijven
Afsluiting
Slide 27 - Slide
Doelen
-Je weet wat er in het middenstuk van een betoog hoort.