synoniemen, tegenstellingen en trappen van vergelijking

1 / 25
next
Slide 1: Slide
TaalBasisschoolGroep 7

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Wat is een synoniem?

Slide 2 - Open question

Slide 3 - Slide

Kun je een synoniem geven voor 'snel'?
A
traag
B
vlug
C
langzaam
D
rustig

Slide 4 - Quiz

Welk woord betekent hetzelfde als 'vrolijk'?
A
neerslachtig
B
somber
C
blij
D
verdrietig

Slide 5 - Quiz

Wat is een synoniem voor 'moeilijk'?
A
ingewikkeld
B
gemakkelijk
C
lastig
D
zwaar

Slide 6 - Quiz

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

maak af...
klein, kleiner..........

Slide 9 - Mind map

Maak af:
sterk,..............sterkst

Slide 10 - Mind map

maak af:
..........
meer, meest

Slide 11 - Mind map

Goed, beter................

Slide 12 - Mind map

Slide 13 - Video

Bedenk een synoniem voor:
meester

Slide 14 - Mind map

Bedenk een synoniem voor:
stelen

Slide 15 - Mind map

Bedenk een synoniem voor:
de melodie

Slide 16 - Mind map

Bedenk een synoniem voor:
klef

Slide 17 - Mind map

Bedenk een synoniem voor:
uitstekend

Slide 18 - Mind map

Tegenstellingen

Slide 19 - Slide

Wat is de tegenstelling van:
schoon?
A
fris
B
lekker
C
vies
D
rein

Slide 20 - Quiz

Wat is de tegenstelling van:
lelijk
A
knap
B
slim
C
dom
D
aardig

Slide 21 - Quiz

Wat is de tegenstelling van:
snel
A
vlug
B
rap
C
gejaagd
D
sloom

Slide 22 - Quiz

Wat is de tegenstelling van:
opletten
A
concentreren
B
afdwalen
C
meedoen
D
aandachtig

Slide 23 - Quiz

Wat is de tegenstelling van:
netjes
A
keurig
B
mooi
C
fantastisch
D
slordig

Slide 24 - Quiz

Pak je boek op blz. 80/81

Slide 25 - Slide