Duits 8juni
1 / 15
Lesson duration is: 15 minItems in this lesson
Slide 1 - Slide
Hoe heet dit dier in het Duits?
A
die Fliege
B
der Hund
C
die Katze
D
die Maus
Slide 2 - Quiz
Hoe schrijf je dertien in het Duits
A
vierzehn
B
dreißig
C
dreiundzehn
D
dreizehn
Slide 3 - Quiz
Hoe wordt een verkeerslicht in het Duits genoemd?
A
das Stopflicht
B
die Ampel
C
geen naam: door rijden!
D
Warten bitte!
Slide 4 - Quiz
Hoe schrijf je 'ja' en 'nee' in het Duits?
A
'yes' en 'no'
B
'si' en 'no'
C
'oui' en 'non'
D
'ja' en 'nein'
Slide 5 - Quiz
Slide 6 - Video
Voor welk Duits automerk wordt reclame gemaakt?
A
Trabant
B
Mercedes
C
Volkswagen
D
Audi
Slide 7 - Quiz
Sleep de plaatjes naar de tekst
die Erdbeere
der Apfel
die Banane
die Zitrone
Slide 8 - Drag question
In welke plaats staat 'das Brandenburger Tor'?
A
Düsseldorf
B
München
C
Hamburg
D
Berlin
Slide 9 - Quiz
Nederland heeft provincies. Duitsland heeft Bundesländer.
Welk Bundesland grenst aan Limburg?
Welk Bundesland grenst aan Limburg?
A
Rheinland-Pfalz
B
Nordrhein-Westfalen
C
Bayern
D
Niedersachsen
Slide 10 - Quiz
Sleep de plaatjes naar de tekst.
Oktoberfest
Krimi
Essen und trinken
schreiben
Slide 11 - Drag question
Slide 12 - Video
Waar wordt reclame voor gemaakt in het filmpje?
A
Deutschland
B
Wurst
C
Germany
D
Wunderland
Slide 13 - Quiz
Wat is de goede vertaling?
die Schokolade
der Name
das Haus
der Hunger
de chocolade
de naam
het huis
de honger
Slide 14 - Drag question
timer
1:00
Schrijf zoveel mogelijk woorden op die met Duits of Duitsland te maken hebben
