2VH H6 15 mrt 2023

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2,3

Aardrijkskunde klas 2 (wzw)

Les

Wat moet je leren?                                                          5 min

Hoe moet je leren?                                                          5 min

Oefenen 1     Begrippen                                                 10 min

Oefenen 2     Oorzaak-gevolg                                     10 min

PF3 terug                                                                              10 min

Afsluiting                                                                               5 min

Vh2d

- Wo 15 maart: voorbereiden Toets H6

- Vrij 17 maart: 5e + 6e uur extra oefenen op LvP

- Ma 20 maart: voorbereiden Toets H6

- Wo 22 maart: kom langs als je nog vragen hebt.

V2b

- Wo 15 maart: werken aan 6.4

- Wo 15 maart: voorbereiden Toets H6

- Vrij 17 maart: 5e + 6e uur extra oefenen op LvP

- Wo 22 maart: kom langs als je nog vragen hebt. 

Doel van de les

- Je weet hoe je moet leren

- Je weet wat je moet leren

Wat moet je leren?

1. Leerboek: Hoofdstuk 6, par 1 t/m 4

2. Leerboek: Finish > begrippenlijst

3. Werkboek: oorzaak-gevolg vragen + leerdoelen

4. Basisboek: zie werkboek of leerboek

Hoe moet je leren?

1. Lees 1x door

2. Maak een korte samenvatting (gebruik de icoontjes)

3. Maak de oefentoets op Edition

4. Maak een begrippenweb

5. Maak de gatensamenvatting op de ELO

6. Kijk filmpjes op schooltv

Oefenen 1: Begrippen

Stap 1: ga naar de finish in je leerboek

Stap 2: pak een vel papier en maak groepjes van begrippen die bij elkaar horen

Stap 3: laat zien met streepjes/ pijltjes hoe deze begrippen bij elkaar horen

Oefenen 1: Begrippen

Wat heb je nu gedaan?

Waarom heb je dat gedaan?

Oefenen 2: oorzaak-gevolg

1. Pak een schrift + pen

2. Schrijf de antwoorden op de volgende vragen op in volledige zinnen (gebruik je leerboek als je iets niet weet)

3. Je hebt 5 min

4. Je werkt alleen

Doel van de opdracht?

Oefenen 2: oorzaak-gevolg

1. Waarom staan veel windmolenparken in de Noordzee? 2p

2. Waarom is er in NL in de zomer een negatieve waterbalans? 2p

3. Waarom is het in steden gemiddeld warmer dan in het omliggende landelijk gebied? 2p

4. Waarom doen we in NL aan klimaatadaptatie? 3p

5. Waarom is er in NL sprake van relatieve zeespiegelstijging? 2p

Oefenen 2: oorzaak-gevolg

1. Waarom staan veel windmolenparken in de Noordzee? 2p

Windmolens worden steeds groter en maken veel lawaai, dus mensen willen dit niet in hun achtertuin hebben, dus staan in zee

Op zee waait de wind veel harder, dus windmolens op zee leveren meer energie op. 

Oefenen 2: oorzaak-gevolg

2. Waarom is er in NL in de zomer een negatieve waterbalans? 2p

In de zomer is er een hoge temperatuur, dit zorgt voor veel verdamping. De verdamping is in de zomer groter dan de hoeveelheid neerslag: een neerslagtekort oftewel neg waterbalans

Oefenen 2: oorzaak-gevolg

3. Waarom is het in steden gemiddeld warmer dan in het omliggende landelijk gebied? 2p

In steden is er veel verstening, stenen nemen meer warmte op dan groen en water. De warmte blijft langer in steden hangen, dus gemiddeld warmer. 

Oefenen 2: oorzaak-gevolg

4. Waarom doen we in NL aan klimaatadaptatie? 3p

Nederland ligt onder de zeespiegel, daarnaast verandert het klimaat en zal de zeespiegel blijven stijgen, wij moeten ons dus aanpassen aan het klimaat, dus klimaatadaptatie

Oefenen 2: oorzaak-gevolg

5. Waarom is er in NL sprake van relatieve zeespiegelstijging? 2p

In NL is er sprake van bodemdaling en tegelijkertijd ook van zeespiegelstijging, dus ten opzichte van de bodem stijgt de zeespiegel, dus relatieve zeespiegelstijging

PF3

- Lees je feedback

- Maak een foto 

- Zet het in Magister bij de opdracht

- Hoe heeft deze PF je voorbereid op je toets?

- Hoe heeft deze PF je beter laten kijken naar je omgeving?

Doel van de les

- Je weet hoe je moet leren

- Je weet wat je moet leren

Wat ga je onthouden
van deze les?