What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Week 16 - les 1 - gram p4
Welkom!
1 / 14
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
This lesson contains
14 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Welkom!
Slide 1 - Slide
Vandaag
Huiswerkcontrole Meer dan lezen P5 blz. 36 t/m 41 opdr. 3, 4 en 7 +
Meer dan lezen P6 blz. 42 t/m 47 opdr. 2 en 4
Grammatica woordsoorten
Let op: volgende week leestoets P4 t/m6
Boektoets in week 20!
Slide 2 - Slide
Grammatica
woordsoorten vs zinsdelen
Slide 3 - Slide
Bijvoeglijk naamwoord
zegt iets over het zelfstandig naamwoord
Benoemt de eigenschap of toestand van een ander woord
Staat voor/achter het zelfstandig naamwoord
Bijvoorbeeld:
de
rode
auto
de auto is
rood
Slide 4 - Slide
Zelfstandige werkwoorden -zww
Belangrijkste ww. Geeft aan wat het ow doet: vallen, roepen, zitten, tuinieren, leren, vragen, eten, etc.
1 ww in de zin => zww
Slide 5 - Slide
Hulpwerkwoord - hww
Komt voor in zin met meerdere werkwoorden. Ze 'helpen' om het gezegde te maken. Denk aan: hebben, kunnen, mogen, worden, zullen...
Deze woorden geven niet aan wat het ow doet.
Is vaak de pv bij meerdere werkwoorden.
Slide 6 - Slide
zww/hww herkennen
- In een zin staat altijd maar 1 zww.
- Als er 1 ww in de zin staat => zww.
- Bij meerdere ww staat zww vaak achterin de zin. Alle overige ww (ook pv) zijn hww.
Slide 7 - Slide
Voorbeeld
Bij de bakker kun (hww) je lekkere gebakjes kopen(zww).
Bij die bakker koop (zww) je lekkere gebakjes.
De schilder zou (hww) het hek groen hebben (hww) geverfd (zww).
Slide 8 - Slide
zelfstandig werkwoord of hulpwerkwoord?
Ik heb gisteren een lekkere boterham gegeten
heb = .....
A
zelfstandig werkwoord
B
hulpwerkwoord
Slide 9 - Quiz
Sandra moet haar Franse woordjes gaan leren. Gaan = ?
A
zelfstandig werkwoord
B
hulpwerkwoord
Slide 10 - Quiz
De schilder zou het raam donkergroen hebben geverfd. Geverfd =
A
zelfstandig werkwoord
B
hulpwerkwoord
Slide 11 - Quiz
Welke zelfstandige naamwoorden staan er in deze zin: De schilder zou het raam donkergroen geverfd hebben.
A
schilder, raam, donkergroen
B
schilder, donkergroen
C
schilder, geverfd
D
schilder, raam
Slide 12 - Quiz
De buurvrouw zal echt wel voor je plantjes willen zorgen tijdens de vakantie.
A
zal = zww, willen = hww, zorgen = zww
B
zal = hww, willen = hww, zorgen = hww
C
zal = hww, willen = zww, zorgen = hww
D
zal = hww, willen = hww, zorgen = zww
Slide 13 - Quiz
Aan de slag
Grammatica P4 blz. 210/211 opdr. 1, 2 en 5 (havo) of opdr. 3, 5 en 6 (vwo) +
Grammatica P6 blz. 214/215 opdr. 2, 5 en 6 (havo) of opdr. 3, 5 en 6 (vwo)
Slide 14 - Slide
More lessons like this
week 2 - les 1 - zww en hww
January 2021
- Lesson with
15 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Week 24 - gram woordsoorten herhalen en bespreken toets
June 2021
- Lesson with
15 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Zelfstandig en hulpwerkwoord
January 2024
- Lesson with
19 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Woordsoorten H4 Zelfstandig en hulpwerkwoord
March 2021
- Lesson with
24 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Grammatica woordsoorten
January 2021
- Lesson with
24 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Zelfstandig en hulpwerkwoord
November 2022
- Lesson with
28 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
1H H3 WS - hww/zww
February 2023
- Lesson with
14 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
HA - week 11 - Herhalen voor de toets- Les 2 - grammatica
March 2021
- Lesson with
27 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1,2