6.1 Een leuke baan

Maatschappijleer 
Een leuke baan 
1 / 13
next
Slide 1: Slide
MaatschappijleerVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 3

This lesson contains 13 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Maatschappijleer 
Een leuke baan 

Slide 1 - Slide

Lesdoelen 
Vandaag gaan we het hebben over werk en waarom mensen werken. 

Wie van jullie heeft een bijbaantje? 

Slide 2 - Slide

Terugblik
Vorige les hadden jullie een proefwerk van hoofdstuk 5. 

Slide 3 - Slide

Instructie 
Er zijn twee verschillende vormen van werken:
  1. Vrijwillig en onbetaald - boodschappen voor je oma. 
  2. Betaald werk - je bijbaantje. Wie van jullie heeft een bijbaantje?

Werk - iets doen waar anderen behoefte aan hebben.
Betaald werk - iets doen waar anderen behoefte aan hebben en waar je geld (loon) mee verdiend.


Slide 4 - Slide

Een groot deel van je leven besteed je aan je werk. Daarmee maakt je beroep ook deel uit van wie je bent.


Belangrijke vragen die je jezelf kunt stellen bij het zoeken naar een baan zijn:
  • Wat voor werk is het precies?
  • Is het werk gezond en veilig?
  • Ben ik eigen baas of in loondienst?
  • Hoeveel verdien ik?


Slide 5 - Slide


Wat voor werk is het precies?
Verschillende banen hebben uiteenlopende eigenschappen. Het is belangrijk dat die eigenschappen ook goed bij jou passen. 

Denk maar eens na over de volgende vragen:
Werk je graag met je handen?
Ben je graag bezig met het helpen van mensen?
Wil je een vaste werkplek of niet?

Slide 6 - Slide


Werk je gezond en veilig?
Het is belangrijk om op een gezonde en veilige plek te werken. Bijvoorbeeld dat je een helm draagt als bouwvakker en op tijd pauze krijgt.


Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video


Eigen baas of in loondienst?
Als je eigen baas bent, heb je de verantwoordelijkheid over je eigen bedrijf.

Maar ook als werknemer kun je verantwoordelijkheden krijgen, bijvoorbeeld over andere werknemers of over speciale taken.


Slide 9 - Slide


Hoeveel verdien je?
Op je loonstrookje staat het brutoloon. Daar gaan nog bedragen vanaf, zoals loonbelasting en verzekeringspremies.
Wat je overhoudt noem je het nettoloon.

Slide 10 - Slide

Begeleid inoefenen
Opdracht 5 maken we samen
Blz. 145
Opdracht bespreken nadat je een nummer heb gekozen. 

Slide 11 - Slide

Zelfstandig werken 
Maak opdracht 2, 3, 4, 7, 8 en 9 + samenvatting
Blz. 145 t/m 147

Slide 12 - Slide

Evaluatie - huiswerk

Slide 13 - Slide