What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
BAK 2HV - 22 - vraagwoorden - corona
Programa
Controlamos los deberes
Clase anterior
¿Palabras interrogativas?
Trabajamos
Deberes
1 / 21
next
Slide 1:
Slide
Spaans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
This lesson contains
21 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
1 video
.
Lesson duration is:
60 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Programa
Controlamos los deberes
Clase anterior
¿Palabras interrogativas?
Trabajamos
Deberes
Slide 1 - Slide
Controlar los deberes
Hacer: document in classroom ser / estar/ hay
Estudiar: Voca 2.1 + 2.2 + 2.3 NL-SP
Estudiar: aanvullende werkwoorden 1-24 SP-NL
Estudiar: ser/estar/hay
Estudiar: bijvoeglijk naamwoord
Estudiar: klemtoonregel
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Video
De 3 categorieën vraagwoorden
Slide 4 - Slide
Categorie 1: eenvoudig
¿ Dónde? Waar
¿A dónde? Waarheen
¿De dónde? Waar vandaan
¿ Cuándo? Wanneer
¿ Cómo? Hoe
¿ Por qué? Waarom
Slide 5 - Slide
Vertaal het woord tussen haakjes.
¿(waar)………….. está la tienda?
Slide 6 - Open question
Vertaal het woord tussen haakjes.
¿(wanneer)……..… es tu cumpleaños?
Slide 7 - Open question
Vertaal het woord tussen haakjes.
¿(hoe)…………estás?
Slide 8 - Open question
Vertaal het woord tussen haakjes.
¿(waarom)……… estás triste?
Slide 9 - Open question
Categorie 2
Deze vraagwoorden nemen het geslacht en getal van het zelfstandig naamwoord waar ze bij horen over.
¿Quién? ¿Quiénes? 🡪 Wie?
¿Cuánto/a? ¿Cuántos/as? 🡪 Hoeveel?
LET OP!!
Als
Cuánto
met het werkwoord
COSTAR
(kosten)
wordt gebruikt verandert
cuánto
niet!!!
Slide 10 - Slide
Welke woord is correct?
¿ (hoeveel) cuesta el pan?
A
cuánto
B
cuanto
C
cuánta
D
cuanta
Slide 11 - Quiz
Welke woord is correct?
¿(hoeveel) niños hay?
A
cuánto
B
cuántos
C
cuánta
D
cuántas
Slide 12 - Quiz
Welke woord is correct?
¿(hoeveel) hermanas tienes?
A
cuánto
B
cuánta
C
cuántos
D
cuántas
Slide 13 - Quiz
Welke woord is correct?
¿(wie) es tu amigo?
A
quién
B
quiénes
Slide 14 - Quiz
Welke woord is correct?
¿(wie) son ellos?
A
quién
B
quiénes
Slide 15 - Quiz
Categorie 3:
qué - wat
,
cuál(es) - wat/welke
Qué
en
cuál
= WAT en WELKE
Slide 16 - Slide
Welke woord is correct?
¿(wat) es tu color favorito?
A
qué
B
cuál
Slide 17 - Quiz
Welke woord is correct?
¿(wat) haces?
A
qué
B
cuál
Slide 18 - Quiz
Welke woord is correct?
¿(welke) de los libros necesitas?
A
qué
B
cuál
Slide 19 - Quiz
Trabajamos
Document in google classroom
KLIK HIER
voor de quizlet om de vraagwoorden te oefenen/leren
Slide 20 - Slide
Deberes
Estudiar: Voca 2.1 + 2.2 + 2.3 NL-SP
Estudiar: aanvullende werkwoorden 1-24 SP-NL
Estudiar: ser/estar/hay
Estudiar: bijvoeglijk naamwoord
Estudiar: klemtoonregel
Estudiar: vraagwoorden NL-SP
Slide 21 - Slide
More lessons like this
vraagwoorden
October 2022
- Lesson with
22 slides
Spaans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2,4
vraagwoorden
22 hours ago
- Lesson with
22 slides
Spaans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2,4
vraagwoorden
22 hours ago
- Lesson with
22 slides
Spaans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2,4
2H3 - Les 22 - STG
March 2022
- Lesson with
22 slides
Spaans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
2H5 - Les 17 - STG
February 2022
- Lesson with
28 slides
Spaans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Les 8 feb - vraagwoorden + werkwoorden
February 2021
- Lesson with
10 slides
Spaans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
2H3- Les 21 - STG
March 2022
- Lesson with
29 slides
Spaans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
2HV - 23 vraagwoorden + werkwoorden
November 2021
- Lesson with
12 slides
Spaans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2