*Een bijvoeglijk naamwoord zegt iets over een zelfstandig naamwoord. Meestal eindigt het op -e.
een groene trui | een kale man | het dikke boek |
This lesson contains 11 slides, with text slides.
*Een bijvoeglijk naamwoord zegt iets over een zelfstandig naamwoord. Meestal eindigt het op -e.
een groene trui | een kale man | het dikke boek |
een gouden medaille | een houten lepel | een papieren servet |
een plastic tas | een aluminium step | een polyester boot |
Is het zelfstandig naamwoord een ‘het-woord’? Dan verdwijnt de -e van het bijvoeglijk naamwoord als je er ‘een’ voor zet.
het kleine meisje | -een klein meisje | |
het lieve konijn | -een lief konijn | |
het grote huis | -een groot huis |
In plaats van de schoenen van mijn vader kun je ook zeggen mijn vaders schoenen. Je noemt dat de bezitsvorm.
Je maakt de bezitsvorm van een naam of ander zelfstandig naamwoord meestal door er een -s achter te zetten.
de kleren van mijn zusje | → | mijn zusjes kleren |
het rapport van mijn broer | → | mijn broers rapport |
het beroep van Sarah | → | Sarahs beroep |