Lunes 25 de enero (P3)

Hola! Buenos días!
1 / 22
next
Slide 1: Slide
SpaansMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Hola! Buenos días!

Slide 1 - Slide

¿Qué hemos aprendido?
Capítulo 2: "En camino":
  • Het werkwoord "Estar" (zijn, zich bevinden)
  • Voorzetsels: al lado (naast), enfrente( tegenover), a la drecha (rechts), a la izquierda (links), enz.
  • Woorden: gebouwen  en winkels (la panadería, el centro comercial, el instituto, la tienda de ropa, el supermercado, etc.)

Slide 2 - Slide

Hoy comenzamos con el Capítulo 3: "Mi casa es tu casa"
(tb., blz. 26 / wb., blz. 61)
  • Iets vertellen over je familie en familieleden;
  • Je huis beschrijven;
  • Het werkwoord "Tener" (hebben);
  • De getallen t/m 100;
  • Kleuren.


Slide 3 - Slide

Palabras que conozoco

Slide 4 - Mind map

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

de moeder
de tante
de oom
de oma
de broer
de vader
de zus
el padre
la tía
la abuela
el hermano
el tío
la madre
la hermana

Slide 11 - Drag question

Bron A(tb, blz. 27): Esta es la familia de Pepe
We gaan luisteren naar een gesprek tussen Paco en Pepe.
  1. Deel 1: Paco, pepe en padre (vader) van Pepe.
  2. Deel 2: Pepe en Paco.

Slide 12 - Slide

Bron A

Slide 13 - Slide

Welke familieleden worden genoemd?

Slide 14 - Open question

Pepe en Paco hebben 's middags vrij van school.
A
verdadero
B
falso

Slide 15 - Quiz

Ze hebben geen zin in thee.
A
verdadero
B
falso

Slide 16 - Quiz

De vader van Pepe heet Santiago.
A
verdadero
B
falso

Slide 17 - Quiz

De opa van Pepe is erg grappig.
A
verdadero
B
falso

Slide 18 - Quiz

Paco heeft een broer en twee zussen.
A
verdadero
B
falso

Slide 19 - Quiz

Isabel is ouder dan Pepe.
A
verdadero
B
falso

Slide 20 - Quiz

Palabras nuevas
(nieuwe woorden)

Slide 21 - Mind map

Deberes (huiswerk).
  1. Leren: vervoeging van "Tener" (hebben). Bron D blz. 29.
  2. Maken: opdrachten 10 a, b- 11a (b)
  3. Woorden Bron A leren.

Slide 22 - Slide