5.1 Beweging

• Natuurkunde
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2,4

Wat weet jij over de snelheid?

Kennen en kunnen (wat gaan we deze les doen)

• Vastleggen van de beweging.

• Gemiddelde Snelheid (Rekenen en omzetten van de formule)

• Video meten.

Snelheid

De snelheid geeft aan hoeveel meter      je iedere seconde    aflegt.

Om de  snelheid uit te rekenen moet je dus weten wat de afstand is in meters en de tijd in seconde.

Reken uit:
90 km is .... m

1. 90
2. 900
3. 9000
4. 90000

Reken uit:
10 minuten is ... s

1. 10
2. 60
3. 600
4. 6000

Reken uit wat de snelheid is als een helikopter 90 kilometer aflegt in 10 minuten

1. 150 m/s
2. 9 km/min
3. 9 m/s
4. 540 m/s

Snelheid

De snelheid (v) wordt gegeven in de eenheid meter per seconde (m/s)

Voor de snelheid  zijn dus twee begrippen belangrijk.

Dat is de tijd (t) in seconden (s).

Dat is de afstand (s) in meter (m)

We kunnen deze gegevens op verschillende manieren meten

Stroboscopische foto

De tijd wordt bepaald door de frequentie

De afstand wordt gemeten tussen de eerste en de laatste foto

film

Je kunt ook met een film de afstand en  de tijd vergelijken

 of met een (gewoon de afstand  en de tijd meten met een meetlint en een stopwatch)

De stroboscoop heeft een frequentie van 5 Hz. Hoeveel tijd zit er tussen het eerste en het laatste (zevende) plaatje

1. 7 x 0,2 s = 1,4 s
2. 6 x 0,2 s = 1,2 s
3. 7 x 5 s = 35 s
4. 6 x 5 s = 30 s

De diagram

Let op Kijk eerst bij welk deel van de auto de meting van de afstand begint! 

we meten vanaf het      ........ ????

waar Auto 1 is op t = 0 s

Daarna komt er steeds 0,2 s bij!

De diagram

Let op Kijk eerst bij welk deel van de auto de meting van de afstand begint! 

we meten vanaf het      ........ ????

waar Auto 1 is op t = 0 s

Daarna komt er steeds 0,2 s bij!

km/uur en m/s

Je komt deze allebei tegen.

Je gaat leren om ze makkelijk om te rekenen

Gebruik je rekenmachine

Hoeveel meter zit er in kilometer?

1. 10
2. 100
3. 1000
4. 10000

Hoeveel minuten zitter in een uur?

1. 30
2. 60
3. 600
4. 3600

Hoeveel seconden zitten er in een uur

1. 60
2. 600
3. 3600
4. 36000

Gebruik je rekenmachine en reken om: 5 m/s = ... km/h

1. 5
2. 18
3. 1,4
4. 25

Dus 1 m/s wordt dan: km/uur

1s x 3600  =  3600 s

1m x 1000 = 1000 m

Deel je ze dan krijg je het getal       3,6

daarmee kun je ze makkelijk omrekenen

hulpje:          een  meter is kleiner dan een kilometer dus keer

                           dus 5 m/s        x     3,6           =     18 km/uur

          van km/uur naar m/s dan andersom     delen door 3,6

dus: 25 m/s = km/uur

1. 6,9
2. 90
3. 90000
4. 0,007

Nu andersom
108 km/h = ... m/s

1. 20
2. 25
3. 30
4. 35

formule omrekenen

V gemiddelde = de gemiddelde snelheid 

v gem    =   s / t                                     2 = 6 / 3

t               =   s / v gem        want        3 = 6 / 2

s              =   v gem  x t       want         6 = 2 x 3

Bereken de afgelegde weg als de snelheid 25 m/s is, en de tijd 5 s

1. 5 m
2. 25 m
3. 125 m
4. 250 m

Bereken de afgelegde weg als de snelheid 108 km/h is, en de tijd 10 s

1. 1080 km
2. 1080 m
3. 300 km
4. 300 m

Huiswerk

Maak de opdrachten van paragraaf 10.1 in je werkboek.

Kennen en kunnen (wat gaan we deze les doen)

• Wat is snelheid?
• Afstand = snelheid x tijd (Rekenen en omzetten van de formule)
• Vastleggen van de beweging.