Jiddische woorden in de Nederlandse taal
Jiddisch is een Hebreeuws-Duitse mengtaal van de Joden die zich in de 19e eeuw uit Oost-Europa in de Nederlanden vestigden
bolleboos, gabber, gein, jatten, kapsones, bajes, gozer, pleite, mazzel, tof, jatten, stiekem, lef, smeris, smoes, snaaien, lawaai, heibel, enz.