Onderwerp 3: Weer en klimaat in de VS

Bij gebergten komt vooral stijgingsregens voor
A
waar
B
niet waar
1 / 16
next
Slide 1: Quiz
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo, mavo, havo, vwoLeerjaar 1-6

This lesson contains 16 slides, with interactive quiz, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Bij gebergten komt vooral stijgingsregens voor
A
waar
B
niet waar

Slide 1 - Quiz

This item has no instructions

Het grote plaatje

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Klimaten in de VS
  1. Zeeklimaat: zachte winters, koele zomer, hele jaar neerslag -> aanlandige wind!
  2. Middellandse zee/ Mediterraan klimaat: warme droge zomers, zachte winter, neerslag in winter
  3. Woestijnklimaat: neerslag < 200 mm per jaar
  4. Steppeklimaat: droog, neerslag 200-400 mm per jaar
  5. Landklimaat: hete droge zomer, koude winter
  6. Savanne klimaat: tropisch met droge winter.
  7. tropisch klimaat: temp. altijd > 18°C, veel neerslag
  8. Hooggebergteklimaat: op korte afstand grote temp. verschil en plantengroei
  9. Toendraklimaat: temp. nooit > 10°C, bodem grootste deel van het jaar bevroren.



Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Zeeklimaat
Savanne klimaat
Landklimaat
Woestijnklimaat
Middellandse Zee klimaat/ Mediterraan klimaat
Steppe klimaat
Hooggebergte klimaat
Zeeklimaat
Toendra klimaat: Alaska (staat niet op dit kaartje)
Tropisch regenwoud klimaat: Hawaii

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Oorzaken grote temperatuur verschillen
1- Breedteligging:
  •  het noorden ligt op hoge breedte, hier is het koud in de winter en ligt er sneeuw. Koude wind vanuit noorden
  • Zuiden ligt op lage breedte, hier is het warm, ook in de winter. 
2- Reliëf:
  • 2 grote berggebieden
  • lopen van noord naar zuid
  • Oosten: Apalachen
  • westen: Rocky Mountains + Sierra Nevada
  • De koude en warme wind botsen tegen elkaar in het midden van de VS —> frontale neerslag

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

3- Wind + zeestromen
  • westkust = aanlandige wind van Grote Oceaan, temperatuur gematigd, warme zeestroom.
  • zuidoosten = warme aanlandige wind, vanuit Golf van Mexico, zorgt voor veel regen
  • noordoosten = aflandige wind, koude zeestroom vanuit poolstreek. 


Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Rocky Mountains
Sierra Nevada
Apalachen
Aanlandige wind vanaf de Grote Oceaan
Koude wind uit de poolstreek, zorgt voor koude winters in het noorden van de VS.
Warme vochtige wind vanuit de Golf van Mexico, zorgt voor veel neerslag.
Aflandige wind

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Natte Oosten
Landbouw zonder irrigatie--> voldoende neerslag, temperatuur gematigd

Bijna elk landbouwgebied heeft een specialisatie in 1 gewas => belt genoemd.
  • Dairy belt -> zuivel en vleeskoeien
  • Soybean-Corn belt -> sojabonen (handelsgewas) en maïs
  • Cotton belt -> katoen, tabak, citrusvruchten, groente, fruit, pinda's

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Great plains (van nat naar droog)
Hoogvlakte ten oosten van de Rocky Mountains 
Veel verdamping, weinig neerslag--> ongunstige waterbalans
Prairie-grassen (steppe)

  • Akkerbouw alleen mbv irrigatie uit de bodem--> zomer en winter tarwe
  • Extensieve veeteelt
  • Intensieve veeteelt --> feedlot

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Het droge westen
Grote Bekken--> ten westen van de Rocky Moutains
Kurkdroog, veel reliëf, kale rotsen, dorre grassen, cactussen
  • extensieve veeteelt
  • akkerbouw alleen met irrigatie (water uit het noorden)

Central Valley
vlak gebied in regenschaduw--> Voedselgewassen (citrusvruchten, rijst en groenten) Mediterraan klimaat

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Oud examenopdracht

Slide 14 - Slide

Houdt PTD aan

Slide 15 - Video

This item has no instructions

Slide 16 - Video

This item has no instructions