5H Herhaling verhaalanalyse

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 5

5H Herhaling verhaalanalyse

Welke begrippen van de verhaalanalyse weet je nog? Stuur er zoveel mogelijk in.

Chronologische tijd

Vertelde tijd

Historische tijd

In welke tijd het verhaal zich daadwerkelijk afspeelde

De tijdsduur die in het verhaal wordt beschreven

De volgorde waarin het verhaal zich daadwerkelijk afspeelde

Verteltijd en vertelde tijd

Volgorde en tijd

Verhaalopbouw

verteltempo

versnelling

vertraging

tijdverdichting

chronologisch

niet-chronologisch

flashback

vooruitwijzing

inleidend begin

gesloten einde

verhaallijn

Wat is een antiheld?

1. Personage die zijn/haar leven goed richting kan geven
2. Personage die zijn/haar leven niet goed richting kan geven

Wat houdt een 'alwetend/ auctoriaal perspectief' in ?

1. Dat de personages alles weten
2. Dat er een verteller is die alles weet

Wanneer ontstaat spanning in een verhaal?

1. Bij het ontbreken van duidelijke personages
2. Bij het ontbreken van relevante informatie

Welke is onjuist?
Een personaal perspectief...

1. is onbetrouwbaar
2. heeft een verteller die afwezig is in het verhaal
3. vertelt vanuit hij/zij
4. staat in de ik-vorm

Wat wordt bedoeld met het literaire begrip ‘concreet motief’?

1. waarom een personage iets gedaan heeft
2. de reden dat de auteur het boek heeft geschreven
3. de structuur van het verhaal
4. iets wat vaak terugkomt in een verhaal

Blader naar blz. 5-14

Scan de dikgedrukte begrippen en schrijf op blz. 14 alle begrippen op waarvan je niet weet wat ze betekenen. 

Je krijgt hier 3 minuten voor. 

Welke begrippen ken je nog niet én wil je nog klassikaal behandelen?

Heb je nog een andere vraag over het mondeling/de leesboeken?