Meiose - mitose

Meiose - mitose
1 / 18
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3,4

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 14 min

Items in this lesson

Meiose - mitose

Slide 1 - Slide

Mitose en meiose
Meiose:
  • Reductiedeling
  • Functie: Maken van geslachtscellen
Mitose:
  • Gewone celdeling
  • Functie: bijmaken van lichaamscellen voor groei, vervangen en herstel

Slide 2 - Slide

meiose
meiose
mitose

Slide 3 - Slide

Meiose
  • Zaadcellen en eicellen worden gemaakt door meiose
  • Bij meiose wordt het aantal chromosomen gehalveerd 
  • Dit noem je ook wel reductiedeling

  • Man = XY
  • Vrouw = XX

Slide 4 - Slide

Bij meiose ...
A
Blijft het aantal chromosomen gelijk.
B
Wordt het aantal chromosomen gehalveerd.

Slide 5 - Quiz

Wat is een ander woord voor meiose?
Wat ontstaat bij meiose?
A
Gewone celdeling, er ontstaan gewone cellen
B
Gewone celdeling, er ontstaan eicellen en zaadcellen
C
Reductiedeling, er ontstaan gewone cellen
D
Reductiedeling, er ontstaan eicellen en zaadcellen

Slide 6 - Quiz

Mitose
Meiose
Gewone celdeling
Reductiedeling
Geslachtelijke voortplanting
Ongeslachtelijke voortplanting
Zelfde aantal chromosomen
Helft van de chromosomen
Gewone lichaamscellen
Geslachtscellen

Slide 7 - Drag question

Wat is het doel van meiose?
A
Het maken van voortplantingscellen
B
Het maken van maken lichaamscellen

Slide 8 - Quiz

Mitose
Meiose
gewone celdeling
reductiedeling
46 --> 46 + 46
46 --> 23 + 23
in de geslachtscellen
in alle andere cellen
chromosomen verdubbelen

Slide 9 - Drag question

Wanneer een eicel(X) bevrucht wordt door een zaadcel(Y), ontstaat een een bevruchte cel met
een X- en een Y-chromosoom: (XY).

Tot welk geslacht zal deze bevruchte cel uitgroeien?
A
Een meisje
B
Een jongen
C
Dat is niet te zeggen
D
Dat is allebei mogelijk

Slide 10 - Quiz


In vier celkernen van mensen zitten de volgende geslachtschromosomen:
Celkern 1: XX
Celkern 2: X
Celkern 3: XY
Celkern 4: Y
Welke celkern kan van een darmcel van een man zijn?


A
celkern 1
B
celkern 2
C
celkern 3
D
celkern 4

Slide 11 - Quiz

Een jongen (XY) zegt dat hij het X chromosoom van zijn moeder (XX) heeft en de Y van zijn vader (XY). Klopt dat?
A
Ja, de vader bepaald het geslacht
B
Nee, het kan van allebei zijn. De vader heeft ook een X chromosoom.

Slide 12 - Quiz

Het geslacht van mensen wordt bepaald door de geslachtschromosomen.
Die noemen we X en Y.

Bij welke combinatie ontstaat een jongen?
A
XX
B
XY
C
YY

Slide 13 - Quiz

Een laborant onderzoekt de chromosomen die afkomstig zijn van een mens.

In de afbeelding zie je de chromosomen.
Zijn deze chromosomen
van een man of een vrouw?
A
man
B
vrouw

Slide 14 - Quiz

Vader met 46 chromosomen
Moeder met 46 chromosomen
Hoe krijg jij 46 chromosomen?
A
23 van vader en 23 van moeder
B
Elke keer anders, als het er maar 46 zijn
C
46 van moeder
D
46 van vader

Slide 15 - Quiz


Katherina zegt: De eicel bepaalt het geslacht bij de bevruchting.
Marnix zegt: De chromosomen van de man bestaan uit 22 paar gelijke chromosomen en 1 paar ongelijke chromosomen.
Wie heeft gelijk?

A
Beide hebben gelijk
B
Alleen Katherina heeft gelijk
C
Alleen Marnix heeft gelijk
D
Beide hebben ongelijk

Slide 16 - Quiz

Het aantal chromosomen in een spiercel is .............het aantal chromosomen in een huidcel
A
Kleiner dan
B
Gelijk aan
C
Groter dan

Slide 17 - Quiz

Katten hebben 38 chromosomen. Hoeveel chromosomen hebben geslachtscellen van katten?
A
23
B
19
C
46
D
76

Slide 18 - Quiz