Hoe gebruik je ze? 3 manieren
1. Als de zin één werkwoord heeft: Zet de adverb of frequency vóór het werkwoord.
Tom never flies. He always takes the bus.
2. Als de zin meer dan één werkwoord heeft: Zet de adverb of frequency voor het hoofdwerkwoord:
They have often visited Europe. We didn't ever do our homework.
3. Als er een vorm van 'to be' (am/is/are/was/were) in de zin staat: zet de adverb of frequency achter de vorm van 'to be':
He is always late to class. My friend was never out of bed early.