What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
W13 EN 2G1 Les 2
Adjectives zeggen iets over een .....
A
Bijvoeglijk naamwoord
B
Meewerkend voorwerp
C
Lijdend voorwerp
D
Zelfstandig naamwoord
1 / 23
next
Slide 1:
Quiz in interactive video
Engels
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
This lesson contains
23 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Adjectives zeggen iets over een .....
A
Bijvoeglijk naamwoord
B
Meewerkend voorwerp
C
Lijdend voorwerp
D
Zelfstandig naamwoord
Slide 1 - Quiz
Welcome 2G1
Slide 2 - Slide
Read your Dutch book
timer
5:00
Slide 3 - Slide
Lesson Goals
- You can use adjectives and adverbs to give more information; - You can put adverbs at the correct place in a sentence.
Slide 4 - Slide
Today
- Recap Adjectives and Adverbs
- Instruction on place of Adverbs
- Grammar Exercises
- BBC Newsround
Slide 5 - Slide
Recap Adjectives and Adverbs
- Ga allemaal naar LessonUp en log in met de code
Slide 6 - Slide
Adjectives and Adverbs
Adjectives zijn:
A
zelfstandige naamwoorden
B
bijvoegelijke naamwoorden
C
bijwoorden
D
werkwoorden
Slide 7 - Quiz
What is the use of adjectives in language?
A
They can help you be more specific
B
They can help you describe things
C
They can make your text prettier
D
They have no use
Slide 8 - Quiz
Adjectives and adverbs
The garden is .....
A
beautiful > adjective
B
beautifully > adverb
Slide 9 - Quiz
Adjectives and adverbs
It tastes ....
A
good
B
well
Slide 10 - Quiz
Adjectives and Adverbs
Adverbs zijn:
A
zelfstandige naamwoorden
B
bijvoeglijke naamwoorden
C
bijwoorden
D
werkwoorden
Slide 11 - Quiz
Wat is de adverb van GOOD?
A
goodly
B
goodily
C
well
Slide 12 - Quiz
Wat is de adverb van CAREFUL?
A
carefully
B
carefulily
C
carefuly
Slide 13 - Quiz
I understand adjectives/adverbs
A
Yes
B
No
C
A little bit
D
Mostly
Slide 14 - Quiz
Instruction on Place of adverbs
1. Vóór
het hoofdwerkwoord
2. Ná
een vorm van
to be
(am/is/are/was/were)
Slide 15 - Slide
Place of Adverbs
Een Adverb staat:
1. vóór het
hoofwerkwoord
:
I
regularly
ask
her for help.
2. Maar ná een vorm van
to be
:
I
am
usually
late.
Slide 16 - Slide
Wat is de juiste plek van de adverb?
A
I frequently am late.
B
I am frequently late.
C
Frequently I am late.
Slide 17 - Quiz
www.englisch-hilfen.de
Slide 18 - Link
Grammar Exercises
- Do exercise 9 if you scored less than 75% ont Try Out 2;
- Do exercise 10 if you scored less than 75% on Try Out 3.
How:
Individually or in pairs.
Result/Why:
You've practiced with adverbs
and adjectives.
Time:
10 minutes
Done?
Study Vocab 5.2
timer
10:00
Slide 19 - Slide
You can use adjectives and adverbs to give more information.
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 20 - Poll
You can put adverbs at the correct place in a sentence.
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 21 - Poll
Homework
Write it in your planner!
- Study vocab 5.2
Slide 22 - Slide
www.bbc.co.uk
Slide 23 - Link
More lessons like this
W15 EN 2G1 les 2 Unit 5.2 together
April 2021
- Lesson with
24 slides
Engels
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
W17 EN 2G1 U5 les2
April 2020
- Lesson with
10 slides
Engels
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
W14 EN 2G1 les 1 Unit 5.1
April 2021
- Lesson with
14 slides
Engels
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
W13 EN 2G1 les 1 Unit 5.1
September 2024
- Lesson with
14 slides
Engels
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
W14 EN 1G1 Les 2
April 2022
- Lesson with
15 slides
Engels
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
2VE Adjectives + Adverbs
June 2022
- Lesson with
19 slides
Engels
Middelbare school
vmbo t, havo, vwo
Leerjaar 2
W17 EN 2G1 U5 les3
April 2020
- Lesson with
30 slides
Engels
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
W13 EN 2G1 les 3 Unit 5.2
September 2024
- Lesson with
30 slides
Engels
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2