Fictie 3.1. les 1, 2

timer
10:00
1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

timer
10:00

Slide 1 - Slide

Fictie

Slide 2 - Slide

Karakterontwikkeling

Slide 3 - Slide

Wat is karakterontwikkeling?

Slide 4 - Open question

Karakterontwikkeling:
Als een personage verandert in een verhaal doordat hij of zij dingen meemaakt.

Vaak verandert alleen de hoofdpersoon in een verhaal.

Slide 5 - Slide

3 vragen. Overleg met je buurman of -vrouw.



1. Noem de hoofdpersoon van een boek/film/serie die je hebt gelezen of gezien.

2. Noem een karaktereigenschap van de hoofdpersoon.

3. En is sprake van karakterontwikkeling bij de hoofdpersoon? 

Slide 6 - Slide

Ga naar 3.1 Fictie, blz 134

opdracht 1

klassikaal

Slide 7 - Slide

timer
10:00

Slide 8 - Slide

Karakterontwikkeling

Slide 9 - Slide

Wat is karakterontwikkeling?

Slide 10 - Open question

Karakterontwikkeling:
Als een personage verandert in een verhaal doordat hij of zij dingen meemaakt.

Vaak verandert alleen de hoofdpersoon in een verhaal.

Slide 11 - Slide

Personages
Hoofdpersoon: karakterontwikkeling

Bijpersonen: meestal geen karakterontwikkeling

Slide 12 - Slide

Wat is een genre?
  • Categorie
  • Tot een genre behoren boeken met een aantal gemeenschappelijke kenmerken
  • Bijvoorbeeld: oorlog, liefde, historie, spanning, romantiek

Slide 13 - Slide

Genre
(verhaalsoorten)

Slide 14 - Slide

Spanningsvragen 
  • Een schrijver zorgt in zijn tekst dat er dingen gebeuren waar je meer van wilt weten. Hij/zij wilt dat je doorleest. 
  • De gebeurtenissen roepen vragen bij je op, waar je antwoord op wilt krijgen. 
  • Het antwoord krijg je alleen, als je verder leest. 
  • Deze vragen noemen we ‘spanningsvragen’.

Slide 15 - Slide

Hoe maakt een schrijver een verhaal spannend?
  1. Geheim of raadsel
2. Spannende/griezelige omgeving, geluiden en personen.
3. Gevaarlijke situaties
4. Uitstellen van het onthullen van het geheim of raadsel.
5. Je krijgt een vermoeden over de afloop, maar klopt dit vermoeden ook?
6. Onverwachte gebeurtenis
7. Cliffhanger

Slide 16 - Slide

Perspectief


  1. Ik-perspectief
  2. Hij/zij-perspectief
  3. Wisselend perspectief


Welk perspectief is er in jouw leesboek?

Slide 17 - Slide

Ga naar 3.1 Fictie, blz 137

Start opdracht 6-7-8

Klassikaal

Slide 18 - Slide