1.2 De renaissance

1.2 De renaissance
1 / 34
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 34 slides, with interactive quizzes, text slides and 5 videos.

Items in this lesson

1.2 De renaissance

Slide 1 - Slide

Volgens een van de vroegste Griekse dichters, Hesiodos (8e eeuw v.Chr.), werd Aphrodite, wat de Griekse naam is van Venus, geboren uit de zee - uit het schuim, geproduceerd door de genitaliën van de gecastreerde Uranus toen die in zee werden geworpen. Ze dreef aan wal op een schelp, voortgestuwd door een zacht briesje, en landde eindelijk in Paphos op Cyprus, in de oudheid een van de belangrijkste plaatsen van haar eredienst. Haar Griekse naam, Aphrodite, werd afgeleid uit aphros, schuim. Het type 'Venus Anadyomene' (zij die oprijst uit de zee), dat haar staand afbeeldt terwijl ze het water uit haar haar wringt, kent men uit de klassieke beeldhouwkunst, en is naar men veronderstelt afkomstig uit een verloren gegaan werk van de schilder Apelles.
Leerdoelen
In deze paragraaf leer je:
- hoe mensen anders gingen kijken naar de mens en de wereld om hen heen

- hoe mensen weer belangstelling kregen voor de oudheid
- hoe geleerden de mens centraal gingen stellen
- wat er veranderde in de kunst
- hoe de renaissance vanuit Italië werd verspreid




Slide 2 - Slide

This item has no instructions


Een nieuwe tijd...... Renaissance

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Uitspraken van iemand uit de middeleeuwen:
"Ik geloof in god en god bepaalt hoe mijn leven verloopt."
"Ik moet doen wat god wil anders ga ik naar de hel."
"Alles wat de kerk vertelt is waar."
"god is de verklaring voor alles wat ik niet begrijp."
"Ik kan niet lezen."
"Zelf dingen onderzoeken doe ik niet."


Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Van ambachtsman tot kunstenaar

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Slide 7 - Video

This item has no instructions

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

- Fra Filippo Lippi

- Welke overeenkomst zie je met het schilderij op de vorige slide?

- Welke verschillen merk je op?

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Renaissance
  • Periode na de middeleeuwen tussen  1450-1600.

  • Ontstaan in Italië en betekent: wedergeboorte van de Griekse en Romeinse kunst en cultuur.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

1. De beeldkunst lijkt op die van de Grieken en Romeinen

  • Griekse mythen en sagen, maar ook Bijbelse afbeeldingen        
  • realistisch                        
  • veel details                     
  • onderzoek naar menselijk lichaam                          
  • perspectief (weergeven van diepte)                               

Kijk en vergelijk

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Het orgineel:
rond 120 na Chr.
De kopie:
rond 1580 na Chr.
1. De bouwkunst lijkt op de bouwkunst van de oudheid

Slide 16 - Slide

This item has no instructions





Sint-Pietersbasiliek, Rome

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

3. Anders denken over het leven en de dood

  • God en geloof blijven heel erg belangrijk, maar het vertrouwen in de kerk wordt minder
  • Mensen gaan meer leven voor het leven op aarde, en niet voor het leven na de dood
  • Memento mori (Gedenk te sterven), wordt carpe diem (Pluk de dag)
  • Andere Mentaliteit.

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Waarom ontstaat de renaissance in Italië?
  • Veel overblijfselen uit de Romeinse tijd/Klassieke Oudheid. (tempels, beelden, amfitheaters).

  • Door handel: meer geld en contacten met andere culturen (Afrika, Midden-Oosten, Azië)

  • Genieten van luxe spullen

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Waarom in Italië? (2)
  • Rijke Italianen willen kunst (van zichzelf) --> Familie de Medici.

  • Kunstenaars krijgen daarom veel geld.

  • Kunst wordt daardoor steeds beter.

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Waarom in Italië? (3)
In 1453 werd Constantinopel door de Ottomaanse Turken veroverd.

Gevolg:
Veel geleerden en handelaren vluchtten naar Italië. Ze namen kennis mee en Griekse boeken uit de Oudheid

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Slide 23 - Video

This item has no instructions

Waarom in Italië? (4)
 De handel in Italiaanse steden bloeide door goede contacten met het Midden-Oosten en met Vlaanderen.

Gevolg:
De rijke kooplieden konden kunstenaars aantrekken en betalen om kunst voor hen te maken. 

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Opdracht bij filmpje
Bekijk het filmpje en beantwoord de vragen: 

1. Wanneer werd iemand een humanist genoemd? 

2. Wat is een continuïteit in de Renaissance ten aanzien van de Middeleeuwen? 

3. Wat veranderde in de Renaissance ten aanzien van de Middeleeuwen?

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

0

Slide 28 - Video

This item has no instructions

Wanneer werd iemand een humanist genoemd?

Slide 29 - Open question

This item has no instructions

Wat is een continuïteit tussen de renaissance en de middeleeuwen?

Slide 30 - Open question

This item has no instructions

Wat veranderde er in de renaissance ten aanzien van de middeleeuwen?

Slide 31 - Open question

This item has no instructions

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Slide 33 - Video

This item has no instructions

Slide 34 - Video

This item has no instructions