Toets kindzorg

• Verpleging en verzorging
• MBO
• Studiejaar 3

Toets kindzorg

Kinderverpleegkunde

Angst op kinderleeftijd hoort bij de normale ontwikkeling van een kind. Een periode van eenkennigheid is een onderdeel van de normale ontwikkeling in het eerste levensjaar van een kind.
Welke factoren kunnen eenkennigheid verminderen of voorkomen?

Meerdere antwoorden mogelijk

1. Regelmatig voorlezen
2. Kiekeboe-spelletjes spelen
3. Positieve houding van ouders naar, voor het kind, onbekende personen en situaties.
4. Het kind altijd in de omgeving van één of twee bekende personen laten zijn.

Kinderen worden gevaccineerd voor rode hond als ze 14 maanden zijn en als ze negen jaar zijn. Zij worden hierbij ingespoten met levende maar verzwakte virussen.
De toepassing van het rubella(rode hond)-vaccin is een vorm van:

1. natuurlijke actieve immunisatie
2. natuurlijke passieve immunisatie
3. kunstmatige actieve immunisatie
4. kunstmatige passieve immunisatie

TeksIn de wet WGBO is vastgelegd wie er toestemming moet geven voor een behandeling bij kinderen tot en met 17 jaar.

Van wie is toestemming vereist voor het uitvoeren van een behandeling bij een kind?

Tot 12 jaar

12 tot en met 15 jaar

16 en 17 jaar

Toestemming van de ouders/voogden is vereist.

Toestemming van de ouders/voogden en van de jongere is vereist.

Toestemming van de jongere is vereist, de ouders/voogden hoeven geen toestemming te verlenen.

Een opgroeiend kind doorloopt meerdere ontwikkelingsfasen.

Geef aan welke leeftijd past bij welke ontwikkelingsfase.

zuigeling

peuter

kleuter

schoolkind

tiener en adolescent

Kind tot 1 jaar oud

Kind van 2 tot 4 jaar

Kind van 6 tot 12 jaar

Kind van 12 tot 21 jaar

Kind van 4 tot 6 jaar

Iedere neonaat wordt de eerste en de vijfde minuut gescoord op vijf punten.
Deze score wordt de APGAR genoemd.

Welke vijf onderwerpen worden bij de APGAR gescoord?

1. Ademhaling, saturatie, hartactie, reflexen en kleur
2. Saturatie, hartactie, kleur, temperatuur en navelstomp
3. Ademhaling, temperatuur, navelstomp, hartactie en reflexen
4. Ademhaling, spiertonus, hartactie, reflexen en kleur

Ademhaling

Pols- en hartslag

Spierspanning

Aspect / Kleur van de huid

Reactie op prikkels

Kinderen kunnen pijn zien als straf: ze leggen een relatie tussen iets wat ze eerder gedaan hebben en de pijn.
Bij welke leefdtijdscategorie is dit denken kenmerkend?

1. Kleuters
2. Schoolgaande jeugd
3. Adolescenten
4. Zuigelingen

Veranderingen in gedrag bij kinderen kunnen wijzen op pijn.
Stelling I: Onrust en veel bewegen kunnen wijzen op pijn.

Stelling II: Als een kind stil ligt in bed kan dat wijzen op pijn.

1. Alleen stelling I is juist
2. Alleen stelling II is juist
3. Beide stellingen zijn juist
4. Beide stellingen zijn onjuist

Diabetes komt steeds meer bij kinderen voor omdat veel kinderen overgewicht hebben

1. Onjuist
2. Juist

Benoem 2 vormen van mishandeling en motiveer elke vorm met een voorbeeld.

James wordt opgenomen op de kinderafdeling en jij mag voor hem zorgen. Je ziet in zijn arm tandafdrukken staan en hij zit vol met blauwe plekken. Wat kan je doen?

1. Overleggen met een collega
2. Een gesprek aangaan met ouders
3. Gelijk aangifte doen bij de politie
4. Veilig thuis bellen om de situatie te bespreken.

Een moeder uit haar zorgen dat haar 10 jarige zoon zo klein is. Welk advies zou je haar geven?

1. Ga eens langs een arts met deze vraag.
2. Uw zoon zal een groeispurt krijgen tussen 10-12 jaar, wacht even af.
3. Mogelijk is een behandeling met groeihormonen een goed idee.

Wat is er anders aan het uitvoeren van een MRI bij een kind ten opzichte van een volwassenen?

Juist/ Onjuist
Stelling 1: Een consultatiebureau toetst of de mijlpalen op het juiste tijdstip gehaald worden.
Stelling 2: Het is goed als ouders de motorische ontwikkeling stimuleren door bijvoorbeeld te duwen tegen de heup zodat het kind gaat rollen en optilt aan handen om het lopen te stimuleren.

1. Stelling 1 is juist, stelling 2 is onjuist
2. Stelling 2 is juist, stelling 1 is onjuist
3. Beide stellingen zijn onjuist
4. Beide stellingen zijn juist

Joris van 14 jaar is opgenomen voor het knippen van de amandelen. Op het moment dat je hem naar de operatiekamer wil rijden zegt hij geen operatie te willen. Wat moet je nu doen volgens de WGBO? Motiveer waarom

Een ontwikkelingskenmerk bij een kleuter is 'Magisch denken'. Wat is dit? Kies het beste antwoord

1. Het toekennen van leven aan levenloze objecten, bijvoorbeeld een pop
2. Fantasie is net zo echt als de realiteit.
3. Het nadoen van superhelden met leeftijdsgenoten

Binnen welke leeftijdscategorie krijgen kinderen vaccinaties.

1. 0 t/m 2 jaar
2. 0 t/m 4 jaar
3. 0 t/m 9 jaar
4. 0 t/m 14 jaar

In Nederland bieden we een vaccinatie programma aan. Welke vaccinatie wordt in Nederland NIET standaard aangeboden.

1. Rode Hond
2. Polio
3. Waterpokken
4. Meningokokken

Merel van 3 is zindelijk. Na de opname in het ziekenhuis plast en poept ze ineens weer in haar broek. Dit noemen we:

1. Ambivalente hechting
2. Regressief gedrag
3. Manipulatief gedrag
4. Ontdekken van identiteit

Ambivalent-gehechte kinderen zijn vooral onzeker door het sterk wisselende, inconsistente gedrag van hun ouders. Ze zoeken voortdurend nabijheid, zijn soms erg aanhankelijk, passief of boos. Ze missen het zelfvertrouwen van een veilig gehecht kind

Regressief gedrag is het terugkeren naar een eerdere fase van de levensontwikkeling123. Het kan optreden als een afweermechanisme bij het verwerken van negatieve gevoelens of emoties124. Regressief gedrag kan zowel in gedachtepatronen als gedrag zichtbaar zijn13.

Verstoring van de hechting bij een zuigeling kan op latere leeftijd problemen geven in het contact met anderen.

1. Juist
2. Onjuist

Deze schaal gebruik je bij:

1. Zuigelingen
2. Peuter
3. Schoolkind
4. Tiener

De Comfort schaal wordt gebruikt bij:

Juist/ onjuist
Stelling 1: Een brandwond bij kinderen geneest altijd beter dan bij volwassenen.
Stelling 2: In de regel van 9 heeft het hoofd van een baby een groter oppervlak t.o.v. kind en volwassene

1. Stelling 1 is juist, stelling 2 is onjuist
2. Stelling 2 is juist, Stelling 1 is onjuist
3. Beide stellingen zijn juist.
4. Beide stellingen zijn onjuist

Wat is geen aandachtspunten in de begeleiding bij kinderen met brandwonden.

1. Begeleiding van ouders bij een schuldgevoel
2. Medicatie toedienen voor de pijn
3. Medicatie toedienen voor de jeuk
4. Een verbandwissel gaat altijd onder narcose

Benoem 3 kenmerken wat het werken als kinderverpleegkundige anders maakt t.o.v. algemene verpleegkundige

Bij welke signalen die je observeert zou je een vermoeden kunnen krijgen van kindermishandeling?
(meerdere antwoorden mogelijk)

1. Bult op het hoofd van een peuter
2. Blauwe plekken op de rug van een baby
3. Een breuk in het bovenbeen bij een peuter
4. Een brandwond in de handpalm van een peuter

Joep is 5 maanden en komt met zijn moeder op de kinderkliniek met de diagnose 'obstipatie'. Leg uit hoe het komt dat Joep geobstipeerd is

Het terugvloeien van maaginhoud naar de slokdarm noemen we bij kinderen:

1. Een oprisping
2. Reflux
3. Pylorusstenose
4. een boertje

Een maaguitgangstenose is een vernauwing (stenose) van de maaguitgang. Als voedsel de maag verlaat, komt het in het eerste deel van de dunne darm: de twaalfvingerige darm. Bij de uitgang van de maag zit een sluitspier ook wel maaguitgangspier of pylorus genoemd. 

Tot slot.....

Volgende week gastles van Jannie, kinderverpleegkundige

Schrijf voor jezelf vragen op die je volgende week wil stellen