What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Les 5: Herhaling: wegwijzen, werkwoorden; nieuw: expressions / avoir mal
Ik vertrek
A
Je viens
B
Je pars
C
Je vends
D
Je partis
1 / 17
next
Slide 1:
Quiz
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
This lesson contains
17 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
60 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Ik vertrek
A
Je viens
B
Je pars
C
Je vends
D
Je partis
Slide 1 - Quiz
Hij wacht
A
Il attends
B
Il entends
C
Il attend
D
Il entend
Slide 2 - Quiz
Zij is gekomen
A
Elle est venu
B
Elle est venue
C
Elle est veni
D
Elle est venie
Slide 3 - Quiz
Zij (m) gaan naar beneden (van: descendre)
Slide 4 - Open question
Je geeft geen antwoord meer (van: répondre)
Slide 5 - Open question
jullie hebben teruggegeven
Slide 6 - Open question
2. Zet de uitgangen goed neer.
Vous vend
J'attend
Il rend
Nous perd
Elles descend
Tu répond
Slide 7 - Drag question
Aujourd'hui:
Corriger les devoirs
Comment aller à ta maison?
Expressions: "avoir mal" / chez le médecin
Slide 8 - Slide
docs.google.com
Slide 9 - Link
Comment aller chez toi?
Tu es dans la rue, devant l'école. Le dos vers le bâtiment.
Comment faut-il aller pour aller à ta maison?
timer
5:00
Slide 10 - Slide
Le corps:
On passe à autre chose...
Les parties du corps!
Maak even een aantekening van de lichaamsdelen en hun Nederlandse vertaling.
(Maar dan met le / la / l' / les - niet met un / une / des)
timer
8:00
Slide 11 - Slide
Aïe, j'ai mal! 😣
Ik heb pijn aan mijn arm.
--> Ik heb pijn aan de arm.
J'ai mal
à le
bras
--> J'ai mal
au
bras.
Probeer nu zelf:
Zij heeft pijn aan haar been.
Wij hebben pijn aan onze schouder.
Ik heb pijn aan mijn voeten!
Vocabulaire:
pijn hebben
aan
avoir mal
à
het been la jambe
de arm le bras
de schouder l'épaule
de voeten les pieds
à + le --> au
à + la --> à la
à + l' --> à l'
à + les --> aux
Slide 12 - Slide
Heeft u pijn aan uw hand?
Slide 13 - Open question
Het kind heeft pijn aan zijn knie.
Slide 14 - Open question
Dat doet pijn aan mijn oren!
Slide 15 - Open question
Pages jaunes - p. 71
Slide 16 - Slide
Devoirs:
Répéter:
Vocabulaire 1 t/m 5 Chapitre 4 (TB p. 68)
Onregelmatig werkwoord PARTIR -VENIR- in de présent en de P.composé (TB. p 85)
Faire:
Oefenmateriaal voor toets
Passé composé met être: 1, 2, 3
(eerste 2)
11 helemaal en 8 delend lidwoord alleen 2
Slide 17 - Slide
More lessons like this
THV2B: Beginnetje Chapitre 4
April 2021
- Lesson with
25 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
6e ed GL H/V 2 aie j'ai mal/ diverse opdrachten
March 2022
- Lesson with
15 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Les klas 2 - Unité 4 - Santé - overhoren lichaamsdelen
April 2024
- Lesson with
23 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
La sante: les parties du corps/ j'ai mal 21-05-24
May 2024
- Lesson with
31 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
avoir mal à + lidwoord
April 2022
- Lesson with
13 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
aie j'ai mal 2hd
March 2021
- Lesson with
35 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
j'ai mal
December 2023
- Lesson with
25 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
week 1 les 2 à + le
December 2023
- Lesson with
28 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2