maandag 24 juni

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 2

Laatste loodjes

Dinsdag toets spelling en grammatica

Wat is de pv ?
Ik hoop je snel te zien.

Wat is de pv ?
Dat had ik wel verwacht.

Wat is de pv ?
Wij mogen voor onszelf werken.

Wat is het voltooid deelwoord (vdw)?
De bomen worden gesnoeid.

Wat is het vdw ?
Heb jij de toets gemaakt ?

Schrijf het juiste vdw.
Ik heb gisteren twee wedstrijden ….. (spelen)

In de oven zijn de aardappels …..
(aanbranden).

Hoeveel eieren heb je in de tuin ….. (verstoppen).

Welk vraagwoord past bij het onderstreepte zinsdeel ?
Hebben de spelers van het Nederlands elftal vandaag buiten getraind ? (vandaag)

1. waar
2. wanneer
3. wie of wat
4. wat gebeurt er

Marciano zit zijn huiswerk in de tuin te maken. (in de tuin)

1. waar
2. wanneer
3. wie of wat
4. wat gebeurt er

Lara en Amber lopen luidruchtig door de gang. (luidruchtig)

1. wie of wat
2. waar
3. hoe
4. wanneer

In de winter voert de boer zijn koeien extra gras. (de boer)

1. wwg
2. ond
3. lv
4. ander zinsdeel

De scheidsrechter gaf tijdens de verlenging een rode kaart.(een rode kaart)

1. wwg
2. ond
3. lv
4. ander zinsdeel

Er lag een stapel proefwerkblaadjes op mijn tafel. (een stapel proefwerkblaadjes)

1. pv
2. ond
3. lv
4. ander zinsdeel

Tijdens het schoolfeest draaide een bekende dj fantastische muziek.
Uit hoeveel zindelen bestaat deze zin ?

1. twee
2. drie
3. vier
4. vijf

Mijn computer downloadt 's nachts de nieuwste updates.
Uit hoeveel zinsdelen bestaat de zin ?

1. twee
2. drie
3. vier
4. vijf

De tafels staan keurig op een rij.
(tafels)

1. znw
2. bnw
3. vz
4. lw

Er waait vandaag een flinke wind. (flinke)

1. znw
2. bnw
3. vz
4. ww

De les begint om 8.30 uur precies.
(De)

1. znw
2. lw
3. vz
4. ww

Wij zullen straks naar huis lopen.
(lopen)

1. znw
2. lw
3. ww
4. vz

De melk staat in de koelkast.
(in)

1. vz
2. ww
3. lw
4. bnw

verspreiden - de …… roddel
Schrijf het goede bnw op

verpesten - de ….. sfeer

strijken - het ….. overhemd

een ….. (karton) doos

een ….. (wol) deken

een ….. (hoog) flat

De pen van Arno - Arno... pen

1. s
2. 's
3. '

Het boek van Nijs - Nijs..... boek

1. s
2. 's
3. '

Het hondje van Marnix - Marnix ….. hondje

1. s
2. 's
3. '

Het feest van Jeltje - Jeltje ….. feest

1. s
2. 's
3. '

Luuk moet een ….. voor zijn toets halen.

1. 8
2. acht

Op de snelweg mag je niet harder dan ….. kilometer per uur rijden.

1. 130
2. honderddertig

Het cadeau voor Lies kostte ….. euro.

1. tien
2. 10

Het verkleinwoord.
hal

afdeling

accu

maak het goede woord.
kilo...eter

gezondh…..

bema…..ing

dinsdag

toets grammatica

Nu oefen zelftoetsen blok 6

uit het boek :

opdracht 4 (214)

opdracht 1 (221)

opdracht 3 (223)

opdracht 6 (225)

opdracht 2 (265)