Project grammatica spelling en formuleren les 3

Project grammatica spelling en formuleren

Verwijswoorden
1 / 17
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Project grammatica spelling en formuleren

Verwijswoorden

Slide 1 - Slide

Deze les

- Lesdoel
- Terugblik/voorkennis
- Uitleg
- Aan de slag
- toets nabespreken

Slide 2 - Slide

Lesdoel
• Je weet hoe je moet verwijzen naar de- en het-woorden.
• Je kunt verwijzen naar de- en het-woorden.

Slide 3 - Slide

Trechter
zinsdelen->woordsoorten->verwijswoorden 

Slide 4 - Slide

Wat is het verschil tussen het werkwoordelijk gezegde en de persoonsvorm?

Slide 5 - Open question

Wat is het werkwoordelijk gezegde:
Ik zou graag architect willen worden.

Slide 6 - Open question

Wat is de persoonsvorm:
Ik zou graag architect willen worden.

Slide 7 - Open question

Verdeel de volgende zin in zinsdelen:
De lamp geeft fel licht.

Slide 8 - Open question

Wat is het lijdend voorwerp in de volgende zin:
De lamp geeft fel licht.
A
De lamp
B
geeft
C
fel licht
D
licht

Slide 9 - Quiz

Wat is het onderwerp in de volgende zin:
De lamp geeft fel licht.
A
De lamp
B
geeft
C
fel licht
D
licht

Slide 10 - Quiz

Wat is een zelfstandig naamwoord in de volgende zin:
De lamp geeft fel licht.
A
lamp
B
de
C
fel
D
licht

Slide 11 - Quiz

Wat is een bijvoeglijk naamwoord in de volgende zin:
De lamp geeft fel licht.
A
lamp
B
de
C
fel
D
licht

Slide 12 - Quiz

OVER MIEREN, BLADLUIZEN EN HONINGDAUW 
Op het gebied van de voedselvoorziening vertonen mieren menselijke trekken en hebben ze zich in de loop der tijd tot uiteenlopende experts ontwikkeld. Sommige zijn verzamelaars, andere leven van de jacht, terwijl weer andere “veehouders” zijn. Zo houden veel soorten er kudden bladluizen of andere honingdauwproducerende insecten op na. Bladluizen leven van sappen die ze uit planten zuigen. Hun vloeibare uitwerpselen bevatten nog veel suikers en het is deze zoete honingdauw waar veel mieren verzot op zijn. In ruil voor deze lekkernij beschermen de mieren hun “vee” tegen roofdieren. Dit is een gunstige regeling voor de kleine, niet gepantserde en dus weerloze bladluizen, die veel vijanden hebben.
OVER MIEREN, BLADLUIZEN EN HONINGDAUW 
Op het gebied van de voedselvoorziening vertonen mieren menselijke trekken en hebben mieren zich in de loop der tijd tot uiteenlopende experts ontwikkeld. Sommige mieren zijn verzamelaars, andere mieren leven van de jacht, terwijl weer andere mieren “veehouders” zijn. Zo houden veel soorten mieren er kudden bladluizen of andere honingdauwproducerende insecten op na. Bladluizen leven van sappen die bladluizen uit planten zuigen. de vloeibare uitwerpselen van bladluizen bevatten nog veel suikers en de deze vloeibare uitwerpselen noemen we zoete honingdauw, waar veel mieren verzot op zijn. In ruil voor zoete honingdauw l beschermen de mieren de bladluizen tegen roofdieren. Dit is een gunstige regeling voor de kleine, niet gepantserde en dus weerloze bladluizen. de bladluizen hebben veel vijanden.

Slide 13 - Slide

OVER MIEREN, BLADLUIZEN EN HONINGDAUW 
Op het gebied van de voedselvoorziening vertonen mieren menselijke trekken en hebben ze zich in de loop der tijd tot uiteenlopende experts ontwikkeld. Sommige zijn verzamelaars, andere leven van de jacht, terwijl weer andere “veehouders” zijn. Zo houden veel soorten er kudden bladluizen of andere honingdauwproducerende insecten op na. Bladluizen leven van sappen die ze uit planten zuigen. Hun vloeibare uitwerpselen bevatten nog veel suikers en het is deze zoete honingdauw waar veel mieren verzot op zijn. In ruil voor deze lekkernij beschermen de mieren hun “vee” tegen roofdieren. Dit is een gunstige regeling voor de kleine, niet gepantserde en dus weerloze bladluizen, die veel vijanden hebben.
OVER MIEREN, BLADLUIZEN EN HONINGDAUW 
Op het gebied van de voedselvoorziening vertonen mieren menselijke trekken en hebben mieren zich in de loop der tijd tot uiteenlopende experts ontwikkeld. Sommige mieren zijn verzamelaars, andere mieren leven van de jacht, terwijl weer andere mieren “veehouders” zijn. Zo houden veel soorten mieren er kudden bladluizen of andere honingdauwproducerende insecten op na. Bladluizen leven van sappen die bladluizen uit planten zuigen. de vloeibare uitwerpselen van bladluizen bevatten nog veel suikers en de deze vloeibare uitwerpselen noemen we zoete honingdauw, waar veel mieren verzot op zijn. In ruil voor zoete honingdauw l beschermen de mieren de bladluizen tegen roofdieren. Dit is een gunstige regeling voor de kleine, niet gepantserde en dus weerloze bladluizen. de bladluizen hebben veel vijanden.

Slide 14 - Slide

Aan de slag
- Ga weer in de groepjes zitten.
- Lees goed in het boekje wat je moet doen.
- Ik loop rond -> eerst zelf goed lezen (ook de theorieblokjes).

Maak formuleren hoofdstuk 3 opdracht 9, 10 en 11 (p. 164-165) 

Slide 15 - Slide

Lesdoel
• Je weet hoe je moet verwijzen naar de- en het-woorden.
• Je kunt verwijzen naar de- en het-woorden.

Slide 16 - Slide

controlevragen
  • Wanneer gebruik je verwijswoorden?
  • Wat is het verband tussen het lidwoord, het zelfstandig naamwoord en verwijswoorden?
  • Wanneer gebruik je "hij" en wanneer gebruik je "zijn" als verwijswoord?
  • Met welk woorden kun je verwijzen naar een "de woord"?
  • Wat is het verband tussen de vorige les en deze les?


Slide 17 - Slide