This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Woordenschat en leesvaardigheid H1-2
Slide 1 - Slide
authentiek
fictief
identiteit
radicaal
reflectie
wie je bent
bedoeling
drastisch
denkbeeldig
oorspronkelijk, echt
het nadenken/bezinken
effect
Slide 2 - Drag question
visie
polarisatie
exponentieel
dossier
competentie
verzameling documenten
kort, grappig verhaaltje
verdeling van de maatschappij qua opvattingen
vaardigheid
enorm
mening
Slide 3 - Drag question
Schrijfdoel: instrueren
A
Gegevens leveren, feiten opsommen.
B
Aanzetten tot een handeling of gedrag.
C
Aanwijzingen geven voor het gebruik.
D
Vooral argumenteren.
Slide 4 - Quiz
Schrijfdoel: overtuigen
A
Gegevens leveren, feiten opsommen.
B
Aanzetten tot een handeling of gedrag.
C
Aanwijzingen geven voor het gebruik.
D
Vooral argumenteren.
Slide 5 - Quiz
Schrijfdoel: informeren
A
Gegevens leveren, feiten opsommen.
B
Aanzetten tot een handeling of gedrag.
C
Aanwijzingen geven voor het gebruik.
D
Vooral argumenteren.
Slide 6 - Quiz
'Van verschillende kanten belichten, de lezer laten nadenken over een bepaalde kwestie: uitleggen en mening laten vormen.' Deze kenmerken horen bij een...
A
uiteenzetting
B
beschouwing
Slide 7 - Quiz
'Feiten en hun samenhang. Uitleg geven, zodat de lezer het begrijpt.' Deze kenmerken horen bij een...
A
uiteenzetting
B
beschouwing
Slide 8 - Quiz
Een uiteenzetting is...
A
objectief
B
deels objectief, deels subjectief
Slide 9 - Quiz
Een beschouwing is...
A
objectief
B
deels objectief, deels subjectief
Slide 10 - Quiz
'Vrijwilligerswerk op je CV: zoveel voordelen'
Opdracht 9 p.75-76
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
Over de tekst: 'Vrijwilligerswerk op je CV: zoveel voordelen'. Welke alinea/alinea's vormt/vormen de inleiding, het middenstuk en het slot?
Slide 13 - Open question
Over de tekst: 'Vrijwilligerswerk op je CV: zoveel voordelen'. Wat zijn de functies van de inleiding, het middenstuk en het slot?
Slide 14 - Open question
Slide 15 - Slide
Hoe beoordeel je de leesbaarheid van de tekst? Licht je mening toe. Formuleer je antwoord in één of twee volledige zinnen. Gebruik daarbij minstens één signaalwoord.
Slide 16 - Open question
In hoeverre is de schrijver objectief? Biedt hij onpartijdige informatie aan? Licht je antwoord toe in één of twee volledige zinnen. Gebruik daarbij één signaalwoord.
Slide 17 - Open question
'Ode aan de luiheid'
p.82
Slide 18 - Slide
Wat is het signaalwoord/zijn de signaalwoorden en het verband? 'Er mag wel wat meer gelummeld worden, betoogt sociaal psycholoog en hoogleraar Devon Price in zijn boek Laziness does not exist. Nietsdoen heeft namelijk nut: het maakt ons gezonder, vrolijker én productiever.'
Slide 19 - Open question
Wat is het signaalwoord/zijn de signaalwoorden en het verband? 'Uit onderzoek aan de universiteit van Mannheim blijkt bovendien dat hoe meer we ons overweldigd voelen door alle informatie die op ons afkomt, hoe slechter we de betrouwbaarheid inschatten en hoe vatbaarder we dus worden voor fake news.