Laatste les voor toets 2HV

• Frans
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 2

mardi, le 16 mars 2021

DHV2S

le programme d'aujourd'hui

• overhoren vocabulaire A,B,E,F
•  répéter: ontkenning
• tijd over? > pubquiz!

les objectifs/de leerdoelen:

- ik ken de woordjes van chapitre 5 FR-NL 

- ik herhaal de ontkenning en weet hoe ik deze zelf kan toepassen in een zin

- Ik ken de vertaling van: niet, nog niet, nooit, niet meer, niets 

la fièvre

1. het bier
2. de koorts
3. de verpleegster
4. het vriest

fatigué(e)

1. vermoeid
2. gebrekkig
3. ziek
4. misselijk

Vertaal: repose-toi

vertaal: améliorer

vertaal: le dos

vertaal: la jambe

vertaal: les réseaux sociaux

de ontkenning

ik ben niet ziek

je NE suis PAS malade

Hoe zat het ook alweer? Even opfrissen, daarna testen!

1

2

3

4

il

ne

parle

pas

1

2

3

4

tu

ne

manges

pas

nooit, niet meer, niets, nog niet

niet = ne .... pas

nooit = ne ... jamais

niet meer =  ne ... plus (+)

niets = ne.... rien

nog niet = ne .... pas encore

nooit, niet meer, niets, nog niet

je suis malade                                ik ben ziek                   elle est malade

je ne suis pas malade                 ik ben niet ziek          elle n'est pas..

je ne suis jamais malade           ik ben nooit ziek

je ne suis plus malade                ik ben niet meer ziek

je ne suis pas encore malade ik ben nog niet ziek

je ne mange rien                           ik eet niets

00:28

n'y pense plus
betekent

1. denk er nooit meer aan
2. denk er meer aan
3. denk er niet meer aan
4. denk er niet aan

01:01

je suis ton ami
betekent

1. ik ben jouw vriend
2. ik ben zijn vriend
3. ik ben je vriendin
4. ik ben je broer

01:01

je ne fais ça plus jamais

1. dat doe ik nog eens
2. dat doe ik nooit meer
3. dat doe ik nooit
4. dat doe ik niet meer

ne ... jamais

ne ... plus

ne ... rien

ne ... pas encore

nooit

niet meer

niets

nog niet

wat is de persoonsvorm?

dat moet je weten, omdat ne.... pas eromheen staat (ezelsbruggetje: de hamburger en het broodje!)

ik ben = je suis

je = onderwerp

suis = persoonsvorm = 1e werkwoord in de zin 

je ne suis pas

29b wat is de persoonsvorm?
je suis malade

je

suis

malade

wat is de persoonsvorm?
tu as mal au genou?

1. tu
2. as
3. mal
4. au genou?

wat is de persoonsvorm?
Je vais chez le médecin

1. je
2. vais
3. chez
4. le médecin

maak ontkennend met ne.... pas;
je suis malade

maak ontkennend met ne... jamais:
je suis malade

maak ontkennend met ne... plus
je suis en forme

Les devoirs

leren voor de toets!

heb je wat geleerd deze les?

hadden we les dan?

ja ik denk dat ik het snap

nee ik snap het nog niet