I have tickets for a concert in Londonthis weekend.
We can meet therethis evening.
I found a Bed and Breakfast on the internet.
Slide 4 - Slide
Tip voor een Tien
Dagen van de week zijn in het Engels altijd met een hoofdletter.
Monday, Tuesday....
Maanden van het jaar ook
September, August....
Slide 5 - Slide
MISTAKE 2
Slide 6 - Slide
Afsluiting
Kind regards,
WITREGEL
Je naam
Slide 7 - Slide
MISTAKE 3
Slide 8 - Slide
Linking words
Begin geen zinnen met LINKING WORDS!
Als je een zin met AND begint, plak hem dan achter de voorgaande zin.
I would like you to come with me and stay in London.
Slide 9 - Slide
Linking words
Because schrijf je zo
Slide 10 - Slide
LET OP!
WITH schrijf je zo
Slide 11 - Slide
MISTAKE 4
Slide 12 - Slide
Vorm van een brief
Een brief loopt altijd door.
Als je elke keer op een nieuwe regel begint.
Krijg je een lijstje en geen brief.
Dit is hartstikke fout.
Slide 13 - Slide
Vorm van een brief
Een brief loopt altijd door. Als je elke keer op een nieuwe regel begint. Krijg je een lijstje en geen brief. Dit is heel lelijk en hartstikke fout.
Slide 14 - Slide
MISTAKE 5
Slide 15 - Slide
Aantallen
Let op de aantallen waar je naar verwijst.
The positive things is that the school is small.
Slide 16 - Slide
MISTAKE 6
Slide 17 - Slide
GEEN AFKORTINGEN!
Geen U in plaats van you.
Geen wanna in plaats van want to.
Geen gonna in plaats van going to.
Geen im in plaats van I'm en het liefste gewoon I am.
Slide 18 - Slide
MISTAKE 7
The worst of all.
Slide 19 - Slide
Hoofdletter I
Slide 20 - Slide
De afkorting voor IK BEN
I am kun je het beste helemaal uitschrijven.
Als je het afkort is het I'm en NIET i'm
Slide 21 - Slide
Assignment
Je doet mee aan een uitwisselingsproject. Er komt een jongen (James) uit Newcastle een week bij jou thuis logeren en hij komt een week met jou mee naar school. Je stuurt alvast een mail met daarin informatie die hij moet weten voordat hij komt.
Slide 22 - Slide
Assignment
- Maak een goede aanhef en vraag hoe het met James gaat.
1. Vraag hoe het met James gaat en vertel hoe het met jou gaat.
2. Vertel waar je precies woont en hoe dicht dat bij school is en hoe je normaal naar school gaat.
3. Vertel hoe de school(dag) eruit ziet.
4. Noem 2 positieve dingen van de school en een negatief ding.
5. Vertel wat hij mee moet nemen om lessen te volgen.
6. Zeg dat je er veel zin in hebt en sluit de brief op een goede manier af.
Lesson duration is: 15 min
