Oefentoets thema 5 + thema 6

Oefentoets
Thema 5: regeling
Thema 6: zintuigen
1 / 19
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Oefentoets
Thema 5: regeling
Thema 6: zintuigen

Slide 1 - Slide

Hormoonklieren hebben een afvoerbuis
A
Juist
B
Onjuist

Slide 2 - Quiz

Welke zenuwcel is de gevoelszenuwcel?
A
Type 1
B
Type 2
C
Type 3

Slide 3 - Quiz


Wat voor zenuwcel is dit?
A
Bewegingszenuwcel
B
Schakelcel
C
Gevoelszenuwcel

Slide 4 - Quiz

Welke hormoonklier is dit?
A
kleine hersenen
B
testosteron
C
hypofyse
D
oestrogeen

Slide 5 - Quiz

Hormonen zijn:
A
Regelstoffen
B
Voedingsstoffen
C
Koolhydraten
D
Hormoonklieren

Slide 6 - Quiz

Wat is de functie van de oorschelp?
A
Trillingen omzetten in geluid
B
Seintjes doorgeven naar het andere oor
C
Geluiden opvangen
D
Kan je oorbellen aan vast maken

Slide 7 - Quiz

De buis van Eustachius verbindt
A
de trommelholte met het middenoor
B
de oorschelp met de keelholte
C
het slakkenhuis met de trommelholte
D
de trommelholte met de keelholte

Slide 8 - Quiz

De hypofyse produceert
A
Testosteron
B
Oestrogenen
C
Hormonen die werking teelballen, eierstokken regelen
D
Zaadcellen en eicellen

Slide 9 - Quiz

Zenuwstelsel
Hersenen
Ruggenmerg
Centrale zenuwstelsel
Zenuwstelsel
Perifere zenuwstelsel

Slide 10 - Drag question

Lagen van de huid
Opperhuid
lederhuid
Onderhuids bindweefsel
Hoornlaag

Slide 11 - Drag question

Wat is adrenaline?
A
Een energiedrank
B
Een stresshormoon
C
Een drugssoort
D
Een batterijsoort

Slide 12 - Quiz

Wat is adrenaline?
A
hormoon dat ervoor zorgt dat je gaat vluchten
B
hormoon dat ervoor zorgt dat je gaat vechten
C
hormoon dat wordt afgegeven door de bijnieren en ervoor zorgt dat het glucosegehalte van het bloed stijgt
D
Hormoon dat wordt afgegeven door de eilandjes van Langerhans

Slide 13 - Quiz

Wat doen de kleine hersenen?
A
Zorgen ervoor dat je spieren werken en je in evenwicht blijft
B
Zorgen ervoor dat je dingen in je omgeving waarneemt, zoals licht
C
Sturen bliksemsnelle reacties naar je lijf (reflex)
D
Verdelen de impulsen die binnenkomen vanuit je romp en ledematen naar de rest van je hersenen

Slide 14 - Quiz

In de grote hersenen
A
Worden prikkels vanaf je zintuigen verwerkt
B
Worden impulsen vanaf je zintuigen verwerkt
C
Worden bewegingen op elkaar afgestemd
D
Zetten prikkels om in impulsen

Slide 15 - Quiz

Wat is de functie van de buis van Eustachius?
A
het afvoeren van binnen gedrongen stofdeeltjes
B
het afvoeren van overtollig oorsmeer
C
het gelijk houden van de luchtdruk aan beiden kanten van het trommelvlies
D
het verder geleiden van geluidstrillingen

Slide 16 - Quiz

Het OOG: zet onderdelen op de juiste plaats
netvlies
gele vlek
oogzenuw
lens
Blinde vlek

Slide 17 - Drag question

Beschermt het oog tegen vuil en te fel licht
Beschermt het oog tegen uitdroging
Verspreidt traanvocht over het oog
Zorgt ervoor dat zweet langs het oog loopt
Produceert traanvocht
Ooglid
Traanklier
Traanvocht
Wenkbrauw
Wimper

Slide 18 - Drag question

Laag met zintuigcellen (staafjes en kegeltjes)
Waar de oogzenuw het oog verlaat
Verandert de lens van vorm zodat je scherp kunt zien
Zorgt ervoor dat er een scherp beeld op je netvlies valt
Doorzichtig deel van het oog
Geeft structuur en vorm aan het oog
Gat wat licht doorlaat
Brengt impulsen naar de hersenen
Stevige buitenste laag van het oog
Bevat spiertjes die de grootte van de pupil regelen
Hoornvlies
Lens
Pupil
iris
straalvormig lichaam met lensbandjes
oogzenuw
netvlies
harde oogvlies
blinde vlek
glasachtig lichaam

Slide 19 - Drag question