Wonen les 1

Wonen
Lesweek 21 : Les 1 Introductie



1 / 30
next
Slide 1: Slide
WonenMBOStudiejaar 1

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Wonen
Lesweek 21 : Les 1 Introductie



Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Aanwezigheidsregistratie
Aanwezigheid zal door de docent geregistreerd worden. Aanwezigheid kan meerdere malen tijdens de les worden gedaan. Bij vroegtijdig verlaten van de les, zonder geldige reden, zal je op 'ongeoorloofd afwezig' staan. 

Ben je te laat? Geef dit dan door aan het einde van de les aan de docent. Dit is jouw verantwoordelijkheid. 

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Energizer
 We gaan even de hersenen kraken...

 -Hoeveel maanden hebben 28 dagen?

 -Wat gebeurt er als je een diamant in het water legt?

 -Het is rood en heeft de vorm van een emmer?



Slide 3 - Slide

Opdracht is mooi te koppelen aan de les waar het vooral zal gaan over waarnemen (via in van de zintuigen - oren - horen).


Programma
  1. Lesdoelen
  2. Inhoud module
  3. Inleiding module
  4. Examineren
  5. Theoretische gedeelte
  6. Verwerkingsopdracht/leeractiviteit 
  7. Afsluiting les

Slide 4 - Slide

Deel 1: 90 min (2 x45 min)

5 min. Welkom en AWR
5 min. Energizer
4 min. lesdoelen
3 min. Programma
20 min  Uitleg en Opbouw vak
10 min  Theoretische gedeelte
20 min  Leeractiviteit 2
10 min Lesdoelen check
3 minuten afsluiting les

80 min. totaal




Inhoud module 'wonen'
De module wonen duurt 10 lesweken en bestaat uit de theorie en praktijk.
  1. Theorielessen 
  2. Praktijkles = vaardigheden uitvoeren in het praktijklokaal

Aanwezigheid 100% is van belang om module af te kunnen ronden. 

De moduleplanning en eindopdracht kan je in TEAMS vinden
     - Eindopdracht: Gedragsobservatie op je BPV, deze wordt door je STAGE beoordeeld. 
     - Inleverdatum: Vrijdag 16 juni 2023 vóór 23:59 uur.
     - Herkansing: Vrijdag 23 juni 2023 vóór 23:59 uur. 


Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Examineren
Je kan het werkproces '' B1-K1-W3: Ondersteunt de cliënt bij wonen en huishouden'' examineren op het moment dat jij de onderstaande onderdelen hebt afgerond:


  - Aanwezigheid in de lessen
  - Aftekenlijst met de vaardigheden behaald (praktijkles)
  - Eindopdracht BPV- gedragsobservatie
  - Verwerkingsopdrachten van Boom

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Rubric's en eindopdracht
Pak de eindopdracht en rubric's erbij.  We gaan deze klassikaal doornemen! De documenten vindt je ook digitaal op Teams > BGER > Fase 2 > Wonen

LET OP: TIJDENS DEZE MODULE MAKEN WE GEEN GEBRUIK VAN SHAREPOINT!


Eindopdracht: Gedragsobservatie BPV + vaardigheidsgesprek
  1. Inleverdatum: Vrijdag 16 juni 2023 vóór 23:59 uur.
  2. Herkansing: Vrijdag 23 juni 2023 vóór 23:59 uur. 

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Doornemen met elkaar.. 
  1. Moduleplanning
  2. Eindopdracht
  3. Rubric 1 Gedragsobservatie
  4. Rubric 2 Verantwoordingsgesprek

  • Weet jij wat je nu moet doen op je stage?
  • Is de eindopdracht helder en kan je hiermee aan de slag?
  • Zijn de twee rubric's duidelijk? 
  • Zijn er nog vragen?

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Lesdoelen
Je houdt rekening met het ziektebeeld, beperking en/of gedragspatronen van de cliënt in je ondersteuning van de cliënt ten aanzien van het leefgebied wonen en huishouden.


Je past je begeleidingsstijl aan bij de cliënt waarbij je rekening houdt met de mogelijkheden en belastbaarheid;
• Autoritaire stijl
• Permissieve stijl
• Autoritatieve stijl
• Laisser-faire stijl
• Situationeel begeleiden 



Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Theoretische gedeelte

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Inleiding module wonen

In deze module ga je de komende  weken aan de slag met de module 'wonen'. Je werkt vooral uit het boek 'methodisch begeleiden' en je licentie.

Zelfstandig wonen lijkt heel eenvoudig. Maar er komt best nog wat bij kijken. Zo moet je zorgen dat je huis schoon blijft. Je moet bijvoorbeeld de kamer stofzuigen en je bed verschonen. Je moet de was doen en de rommel opruimen. 

Niet voor iedereen is dit even vanzelfsprekend. Sommige mensen hebben moeite om huishoudelijke taken uit te voeren of te plannen. Denk maar aan mensen met een lichamelijke of verstandelijke beperking. Ze kunnen daar hulp en begeleiding bij gebruiken.

  1. Je loopt al weken stage; bij welke taken met betrekking tot wonen en huishouden ondersteun jij je cliënten?
  2. Geef enkele voorbeelden van momenten waarop jij je cliënten hierbij ondersteunt.




Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Begeleiden en ondersteunen
De WLZ verstaat onder begeleiden :
Activiteiten waarmee je een cliënt ondersteunt bij het uitvoeren van algemene dagelijkse levensverrichtingen en bij het aanbrengen en behouden van structuur in en regie over het persoonlijk leven.

De WLZ verstaat onder ondersteunen :
Ondersteunen is in dit verband het feitelijk uitvoeren van begeleidende taken en activiteiten gericht op de dagelijkse levensverrichtingen, de structuur en eigen regie van de cliënt.

  1. Hoe houdt jij op je stage rekening met je cliënten bij het uitvoeren van hun taken en activiteiten gericht op wonen en huishouden?
  2. Zijn er beperkingen, een ziektebeeld of andere zaken waarmee jij rekening moet houden? Zoja, hoe doe je dit?


Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Hoe zie je het begeleiden en ondersteunen terug op je BPV?

Slide 13 - Mind map

This item has no instructions

Aan de slag begeleiden en ondersteunen
Instructie:
  • Pak het boek Methodisch begeleiden
  • Lees thema 7 Methodisch handelen en vraaggericht werken (paragraaf 17.1)

Maken: Verwerkingsopdrachten Boomberoepsponderwijs
  • Boek Methodisch begeleiden
  • Thema 7: opdracht 4, 5

Na het maken van de verwerkingsopdrachten gaan we dit klassikaal bespreken.


timer
15:00

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Begeleiden loopt als een rode draad door je werk in de maatschappelijke zorg.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Je bent niet elke dag bezig met het begeleiden van je cliënten.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Begeleiden is eenvoudig, het is voor iedere cliënt hetzelfde. Je begeleidt iedereen op dezelfde manier.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Begeleidingsstijlen
Een begeleidingsstijl is een vast en herkenbaar patroon in het gedrag dat je als begeleider laat zien.  

  1. Autoritaire stijl: De autoritaire begeleidingsstijl is sturend: jij bepaalt hoe het moet gaan en wat de ander daarvan vindt, doet er weinig toe. Er is veel aandacht voor de taak (jouw doel) en weinig aandacht voor de relatie (de ervaring van de ander).
  2. Permissieve stijl: De permissieve begeleidingsstijl is toegeeflijk: je laat de ander vrij om zijn eigen keuzes te maken. Daarbij heb je weinig aandacht voor de taak (die doet er niet zo veel toe) en veel aandacht voor de relatie (wat de ander graag zou willen).
  3. Autoritatieve stijl: Bij de autoritatieve begeleidingsstijl werk je samen: je overlegt en onderhandelt. Er is aandacht voor de taak én voor de relatie. In dit thema worden deze drie stijlen verder uitgewerkt.
  4. Laisser-faire stijl: De begeleidingsstijl van laisser-faire is verwaarlozend. Je laat de taak én de relatie helemaal los. Je haalt alle aandacht weg: je negeert de cliënt en voert je taak niet meer uit.
  5. Situationeel begeleiden: Situationeel begeleiden houdt in dat je je begeleidingsstijl steeds weer afstemt op de situatie op dat moment. 



Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Sophia gaat in het gezin Oosterlaan opvoedingsondersteuning bieden. Ze maakt een plan en betrekt hierbij moeder en vader van het gezin.
Dit plan maakt ze in overleg met ouders en tijdens de begeleiding checkt ze vaak met ouders wat ze nodig hebben van haar.

Welke begeleidingsstijl komt hier naar voren?
A
Autoritatiar
B
Autoritatieve
C
Laisser-faire
D
Permissief

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

Ahlam begeleidt een groep jongeren. Deze groep jongeren wil op de groep een kookactiviteit organiseren.
Ahlam heeft de afgelopen tijd met ze geoefend en gaat vanavond alleen ingrijpen indien het gevaarlijk wordt. Ze hanteert het ''handen op de rug'' principe. Welke begeleidingsstijl komt hier naar voren?
A
Autoritair
B
Autoritatieve
C
Laisser faire
D
Permissief

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

Waar let je op als je jouw begeleidingsstijl afstemt op de zorgvrager?
A
Manipuleert hij?
B
Is hij wantrouwig?
C
Hoe zelfstandig is hij al?
D
Het soort doel dat hij heeft

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

Wat is geen begeleidingsstijl?
A
Autoritair
B
Sensitief
C
Permissief
D
Autoritatief

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

Bij de autoritaire begeleidingsstijl
A
Bepaalt de begeleider wat er moet gebeuren
B
staat de client centraal
C
Staat de situatie centraal
D
heeft de client veel keuzes

Slide 23 - Quiz

De begeleider: 
Controleert
Bepaalt wat moet gebeuren en geeft veel instructie
Heeft een leidende rol en weet wat het beste is voor de cliënt
Stelt hoge eisen aan de cliënt
Verwacht gehoorzaamheid van de cliënt
Vindt het belangrijkste doel van begeleiden het overdragen van kennis, vaardigheden en regels

Bij welke begeleidingsstijl geef je de cliënt de meeste ruimte- of vrijheid?
A
Autoritaire begeleidingsstijl
B
Autoritatieve begeleidingsstijl
C
Permissieve/Laisser faire begeleidingsstijl

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions

Wat wordt onder een begeleidingsstijl verstaan?
A
De manier waarop de begeleider zelf met de begeleidingsmethodiek omgaat/of deze toepast.
B
Begeleidingsstijl is vastgelegd en bestaat uit bepaalde richtlijnen of stappen die je opvolgt als begeleider.
C
Een vaste, weldoordachte manier van handelen om een bepaald doel te bereiken.
D
De begeleidingsstijl zegt dus meer over de persoon van de begeleider.

Slide 25 - Quiz

This item has no instructions

Aan de slag begeleidingsstijlen
Instructie:
  • Pak het boek Methodisch begeleiden
  • Lees thema 10 Begeleidingsstijlen (paragraaf 10.1 t/m 10.4)

Maken: Verwerkingsopdrachten Boomberoepsponderwijs
  • Boek Methodisch begeleiden
  • Thema 10: opdracht 4, 5, 6, 7 en 8

Het zijn korte opdrachten waarin de begeleidingsstijlen duidelijk worden behandeld!





timer
15:00

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag..

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Stap 1: Eindopdracht
Start met het schrijven van een beginsituatie (Tip, gebruik je beginsituatie van participatie).


  - Kies een cliënt in overleg met je stagebegeleider.
  - Maak gebruik van de theorie die we hebben besproken.

Ga zelfstandig aan de slag met stap 1 van de beginsituatie. 

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Lesdoelen check
Je houdt rekening met het ziektebeeld, beperking en/of gedragspatronen van de cliënt in je ondersteuning van de cliënt ten aanzien van het leefgebied wonen en huishouden.

Je past je begeleidingsstijl aan bij de cliënt waarbij je rekening houdt met de mogelijkheden en belastbaarheid;
• Autoritaire stijl
• Permissieve stijl
• Autoritatieve stijl
• Laisser-faire stijl
• Situationeel begeleiden 

 - Heb jij dit doel behaald aan het einde van deze les?
 - Wat weet jij van de hygiëne en veiligheidsvoorschriften?
 - Kan jij thuis aan de slag met dit doel (vaardigheidslijst)?

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Afsluiting

Slide 30 - Slide

This item has no instructions