Les 2

• Biologie
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 5

11.3 Plantenweefsels 

Doel: Je herkent verschillende weefseltypen van planten en kan hun functie uitleggen.

wat is een weefsel (definitie)

maar een paar type blokjes

maar een paar celtypen

vele mogelijkheden

Schematiseren

Het leerrendement van lezen vergroot je door informatie te schematiseren.

Dit is ook een belangrijke stap bij systematische probleemaanpak

Als je een vergelijking moet maken is een tabel vaak handig

Opdracht

Leer de verschillende celtypen van elkaar onderscheiden door BINAS 81, 91 en paragraaf 11.3 te bestuderen.

Vergelijk de celtypen op:

 vorm, ligging in doorsnedes, dikte van de celwand, dood/levend, bijzonderheden.

we testen daarna met microscoopbeelden

Neem over (groter) en vul in

	Plek in orgaan	vorm(en)	dikte celwand	dood/levend	functie
dekweefsel
parenchym
collenchym
sklerenchym
xyleem (hout)
floeem (bast)
cambium

dekcellen

xyleem

floeem

cambium

parenchym

dekcellen

xyleem

floeem

cambium

parenchym

Tekst

Houtvaten zijn buizen van aaneengesloten celwanden van dode cellen, waarin de dwarswanden ontbreken.

 

Bastvaten zijn aaneengesloten levende cellen, waarbij de celmembranen intact zijn.

Bastvatencellen zijn met elkaar verbonden door wanden met poriën.

Een holle boom waarin het centrale houtweefsel ontbreekt, kan niet leven.

De houtvaten in een blad staan niet in verbinding met die in de wortel.

WAAR

NIET WAAR

Welke sapstroom gaat door de verschillende vaten en vanuit welk orgaan?

Houtvaten

Bastvaten

Mineralen en water

Organische stoffen en water

de bladeren

de wortels

huidmondje: .....

Huidmondjes

Droogte:

Water uit sluitcellen ->

huidmondje sluit.

Huidmondjes

• In opperhuid van blad, vooral aan de onderkant
• Opname koolstofdioxide en afgifte zuurstof
• Verdamping water via huidmondjes
• Kunnen open en dicht door vervormen van de cellen

Aanpassingen bij waterplanten

• drijvende planten hebben huidmondjes aan de bovenkant
• ondergedoken bladeren hebben geen huidmondjes
• stengels zijn slap
• stengels kunnen luchtkanalen bevatten

Bladeren van landplanten zijn zo gebouwd dat ze: maximaal licht opvangen en gassen kunnen uitwisselen zonder te veel water te verliezen. Beschrijf welke kenmerken van bladeren (bouw) voor de verschillende eigenschappen zorgen.
vorm-functie-denken

De sluitcellen bevatten chloroplasten. Als het licht is produceren de chloroplasten de ATP die noodzakelijk is voor actief transport van K+. Hierdoor vullen de cellen zich met water en openen de huidmondjes. Leg uit in welke richting K+ getransporteerd wordt.

Huiswerk

zie vorige les