les 1: lengtematen herhalen

Zet de eenheden uit het metriek stelsel op volgorde van groot naar klein
km
dam
cm
mm
m
hm
dm
1 / 14
next
Slide 1: Drag question
WiskundePraktijkonderwijsLeerjaar 2

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Zet de eenheden uit het metriek stelsel op volgorde van groot naar klein
km
dam
cm
mm
m
hm
dm

Slide 1 - Drag question

les 1: lengtematen herhalen + verhaaltjes sommen

Slide 2 - Slide

Periode 3: 
 lengte, omtrek en oppervlakte

Slide 3 - Slide

Meten & meetkunde: metriek stelsel

Slide 4 - Slide

metriek stelsel algemeen

Slide 5 - Slide

metriek stelsel lengte
1 cm   =   10 mm
Afstand / lengte:

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

5 km = ..........m
A
0,005 m
B
500 m
C
5.000 m
D
0,05 m

Slide 8 - Quiz

2,5 dm = .... cm
A
25
B
0,25
C
0,025
D
2,5

Slide 9 - Quiz

Een man is 2.20 m,
hoeveel cm lang is hij?
A
22 cm
B
2.200 cm
C
22.000 cm
D
220 cm

Slide 10 - Quiz

Jan is 2 m lang. Zijn vrouw is een halve meter kleiner.
Hoe groot is zijn vrouw ? (in meters)


Slide 11 - Open question

Piet heeft een lat van 2,5 m.
Deze is 40 cm te kort.
Hoelang moest de lat zijn? (in meters)

Slide 12 - Open question

Kees maakt een toren van lego. De toren is 2,3 m.
Ieder legoblokje is 1 cm hoog.
Hoeveel legoblokjes staan er inmiddels op elkaar?

Slide 13 - Open question

Langs een straat staan lantaarnpalen.
Deze staan om de 10 m. De straat is 2 km lang. Hoeveel lantaarnpalen staan er langs de weg?

Slide 14 - Open question