FOTOGRAFIE - Digitaal en analoog

1 / 35
next
Slide 1: Slide
Culturele en kunstzinnige vormingMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

This lesson contains 35 slides, with interactive quiz, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Jeff Wall - Flooded Grave (2000)

Slide 3 - Slide

Kunstbeschouwingskaartjes

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Erwin Olaf

Slide 6 - Slide

Gregory Crewdson - Geensceneerde fotografie

Slide 7 - Slide

World Press Photo - journalistieke of documentaire fotografie

Slide 8 - Slide

Instagram als museum
Annegien Schilling - Fetching_Tigerss

Slide 9 - Slide

Mode fotografie

Slide 10 - Slide

  • Portretfotografie
  • Straatfotografie
  • Architectuurfotografie
  • Reisfotografie
  • Dans-/theater-/concertfotografie
  • Etc.

Slide 11 - Slide

Fotografie

Slide 12 - Slide

PROGRAMMA
  • Digitaal en analoog
  • Wat is fotografie?
  • Fotografie: techniek
  • Opdracht fotografie

Slide 13 - Slide

Digitaal en analoog

Slide 14 - Slide

Is dit kunstwerk met analoge technieken gemaakt, of met digitale middelen? Of met beide? Waar zie je dat aan?

Slide 15 - Slide

Wat betekent analoog?
Analoog = overeenkomstig, gelijk aan
Analoog is een techniek waarbij de sterkte van het signaal evenredig loopt met het bronsignaal (zonder hulp van een computer)

Slide 16 - Slide

Wat betekent digitaal?
Digitaal = in cijfers uitgedrukt 
Werkend volgens het binaire talstelsel (1 en 0)

Slide 17 - Slide

Wat is fotografie?

Definitie:

Fotografie is het met behulp van licht en andere vormen van straling vervaardigen van afbeeldingen van voorwerpen 
en verschijnselen.

Slide 18 - Slide

Camera obscura

Slide 19 - Slide

0

Slide 20 - Video

Fotografie: techniek
Waar kun je op letten bij het maken van een foto?

Slide 21 - Slide

Fotografische middelen

  • Kadrering
  • Compositie
  • Belichting
  • Perspectief

Slide 22 - Slide

Kadrering
  • Met het begrip kadrering wordt bedoelt wat je binnen je beeld (of kader) vastlegd.
  • Afbakening van je onderwerp of het beeldvlak.

Slide 23 - Slide

Close up - Medium kader - Totaalkader

Slide 24 - Slide

Compositie
  • Ordening van de onderdelen van het geheel
  • Door je kadrering bepaald je in feite al heel veel m.b.t. je compositie
  • De compositie bestaat verder uit de hoofdlijnen van een beeld

Slide 25 - Slide

Centrale compositie
Diagonale compositie

Slide 26 - Slide

Symmetrische compositie
Asymmetrische compositie

Slide 27 - Slide

Belichting
  • De belichting bepaal je enerzijds door de juiste positie te nemen
  • Maar ook door je camera instelling (sluitertijd bijv.)
  • En door gebruik te maken van de aanwezige lichtbronnen (TL verlichting, kaars, tegenlicht, etc.)

Slide 28 - Slide

Zijlicht - Meelicht - Tegenlicht

Slide 29 - Slide

Perspectief

Manier waarop voorwerpen zich van een bepaald punt uit aan het oog vertonen.

Slide 30 - Slide

Vogelvlucht-, Neutraal- en Kikvorsperspectief

Slide 31 - Slide

Dynamiek (beweging)
Door middel van een lange sluitertijd (camera staat stil).

Slide 32 - Slide

Dynamiek (beweging)
Door middel van het bewegen van de camera.

Slide 33 - Slide

Fotografie opdracht (15 min.)
Oefenen met de begrippen
In het lokaal, in de trappenhuizen en/of buiten (bij mooi weer)
Wees stil in de gangen!
timer
15:00

Slide 34 - Slide

Upload je mooiste foto hier!

Slide 35 - Open question