3V Eco par. 5.1

3V Eco par. 5.1
1 / 16
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

3V Eco par. 5.1

Slide 1 - Slide

Priis inclusief 21% BTW € 48,95
Priis exclusief BTW?
A
38,67
B
40,45

Slide 2 - Quiz

In winstberekeningen gebruiken we altijd de prijs ...
A
exclusief BTW
B
inclusief BTW

Slide 3 - Quiz

Winstberekeningen
Afzet = aantal verkochte producten

Omzet = Afzet x Verkoopprijs


( gebruik de verkoopprijs exclusief BTW )

Slide 4 - Slide

Winstberekeningen
Inkoopwaarde = Afzet x Inkoopprijs

( gebruik de inkoopprijs exclusief BTW )

Brutowinst = Omzet - Inkoopwaarde


Slide 5 - Slide

Winstberekeningen
Nettowinst = Brutowinst - Bedrijfskosten

Voorbeelden bedrijfskosten:
- Loonkosten
- Afschrijvingskosten
- Huur
- Reclamekosten

Slide 6 - Slide

Opdracht Bruto- en Nettowinst
10 minuten

Slide 7 - Slide

Opdracht Bruto- en Nettowinst
1 > 15.400                                     2 > 3.500
3 > 29,4%                                      4> 22,7%
5 > 1.430                                        6 > 9,3%
7 > 14.700                                       8 > 4.200
9 > 2.450                                           10 > 171,3%

Slide 8 - Slide

Kosten
Vaste kosten <-------------------> Variabele kosten
Onafhankelijk van omzet                          Afhankelijk van omzet
bijv. Huur                                                  bijv. Grondstoffen

Slide 9 - Slide

Vast
Variabel
huur gebouw
loon uitzendkracht
grondstoffen
loon manager
rente

Slide 10 - Drag question

Opdracht schema kosten ( 10 minuten )
q
TCK
TVK
TK
KpP
TO
TW
0
100
5.000
200
120.000
300
400
200.000

Slide 11 - Slide

Opdracht schema kosten
q
TCK
TVK
TK
KpP
TO
TW
0
180.000
0
180.000
-
0
-180.000
100
180.000
5.000
185.000
1.850
60.000
-125.000
200
180.000
10.000
190.000
950
120.000
-70.000
300
180.000
15.000
195.000
650
180.000
-15.000
400
180.000
20.000
200.000
500
240.000
+40.000

Slide 12 - Slide

Break even point
Priis per product € 600,-
Vaste kosten € 180.000,-, Variabele kosten per product € 50,-

Omzet = 600q

Kosten = 50q + 180.000

Slide 13 - Slide

Break even point
600q = 50q + 180.000
550q = 180.000
q = 327,2 -> 328

Of
180.000 / ( 600 - 50 ) = 327,2 -> 328

Slide 14 - Slide

Break even point
TO = TK

Of

Vaste kosten / ( verkoopprijs - variabele kosten ) 

En altijd naar boven afronden

Slide 15 - Slide

Hw.
Par. 5.1 opgaven 4, 7 en 14

Slide 16 - Slide