Rond 1900 was er in Rusland veel ongelijkheid.
Het communisme kreeg steeds meer aanhang. Communisten willen een samenleving waarin iedereen zoveel mogelijk gelijk is. Ze willen al het bezit afschaffen zodat de overheid alles beheerd.
In 1917 breekt de revolutie uit en de communisten komen aan de macht.
Het nieuwe land heet de Sovjet-Unie. Er komt een strenge dictatuur zonder vrijheid voor de burgers. Met propaganda en massacommunicatie worden de burgers opgevoed tot trouwe communisten. Tegenstanders worden uit de weg geruimd.