M Popmuziek 1

Making a band
Popmuziek
1 / 40
next
Slide 1: Slide
MuziekMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 40 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Making a band
Popmuziek

Slide 1 - Slide

1. Ontstaan Popmuziek
Slavenhandel: Afrika -> Amerika 1619-1865
Slaven werden gedwongen te werken en de cultuur van hun meesters over te nemen. 
Onder de oppervlakte hielden ze vast aan hun eigen gewoontes

Slide 2 - Slide

Voorbeelden
Taal: de slaven leerden 'gebrekkig' Engels. Binnen die taal hadden ze woorden en uitdrukkingen in een geheimtaal: Double Talk, daarmee konden ze de meesters ongemerkt bespotten.

Slide 3 - Slide

Voorbeelden
Muziek: slaven werd gedwongen de Europese/Amerikaanse liedjes over te nemen. Ze brachten hier elementen van hun eigen Afrikaanse cultuur in aan.
Deze muziek is de voorloper van popmuziek vandaag.

Slide 4 - Slide

Europees/
Amerikaans:
Afrikaans:
Slaven:
Ritme: regelmatig, accent op tel 1 en 3
Ritme: onregelmatig volkomen vrij ritme
Ritme: melodie ritmisch vrij, tegenaccent op tel 2 en 4
Toonhoogte: vastliggende tonen binnen een toonladder
Toonhoogte: in de toonladder enkele afwijkende noten: 
blue notes.
Toonhoogte: steeds wisselende toonhoogtes
Toonvorming: mooi zingen staat niet voorop, juist expressie en je gevoel tonen.
Toonvorming: Belcanto klankschoonheid is het belangrijkst
Toonvorming: zingen als verlengstuk van het spreken; zeer expressief

Slide 5 - Drag question

2 Samenstelling van een muziekgroep

Slide 6 - Slide

Welke 4 functies van een muziekgroep kan je benoemen?

Slide 7 - Open question

Melodie: het lied/muziekstuk zonder verdere begeleiding. Zang, tegenstem, instrumentale solo
Basis/begin popmuziek:
zang, sologitaar
Melodie: Het lied/muziekstuk zonder verdere begeleiding. Hier valt onder: zang, tegenstem en instrumentale solo
zang, sologitaar

Akkoorden: Samenklinkende tonen die de melodie begeleiden
slaggitaar, toetsen

Bas: Lage ondersteunende stem, de laagste stem/instrument
basgitaar

Ritme: slagwerkbegeleiding
drumstel 

                

de basisbezetting werd later aangevuld met backing vocals; strijkers; blazers; synthesizer

Slide 8 - Slide

3 Instrumenten van de popmuziek

Slide 9 - Slide

Elektrische gitaar

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Video

Wat is het verschil tussen een elektrische gitaar en een basgitaar?

Slide 12 - Open question

In het nummer 36-24-36 van the Shadows hoor je een drummer en de drie verschillende gitaren spelen. De gitaren zetten na elkaar in.
Wat is de volgorde?
A
sologitaar, slaggitaar en basgitaar
B
slaggitaar, basgitaar en sologitaar
C
basgitaar, slaggitaar en sologitaar
D
sologitaar, basgitaar en slaggitaar

Slide 13 - Quiz

Toetsenborden
Alle instrumenten met toetsen: piano, synthesizer, keyboard.
Op een synthesizer (synthese=kunstmatig samenstellen) kun je door instellngen te veranderen zelf bepalen hoe het geluid moet klinken.

Bijvoorbeeld: scherp/dof, dun/dik, met/zonder trilling, direct/langzaam aanzwellend.

Op een keyboard kun je de klank van een pre-set verder niet beïnvloeden. Een keyboard evat wel ritme- en begeleidingsmogelijkheden.

Slide 14 - Slide

Welke onderdelen van het drumstel hoor je?

Kies uit: hihat, snare, bassdrum, ride, crash, tom-toms, floortrom

Slide 15 - Open question

Welke onderdelen van het drumstel hoor je?

Kies uit: hihat, snare, bassdrum, ride, crash, tom-toms, floortrom

Slide 16 - Open question

Welke onderdelen van het drumstel hoor je?

Kies uit: hihat, snare, bassdrum, ride, crash, tom-toms, floortrom

Slide 17 - Open question

4. Instrumenten in de popgroep

Slide 18 - Slide

Beats
Beat betekent slag. Er zijn verschillende beatsoorten. 
1. Four-beat 

2. Two-beat 

3. Afterbeat  

4. off-beat:   de melodie steeds net iets voor of na de tel zingen of 
                           spelen. Niet gelijk met de regelmatige puls van de begeleiding

Slide 19 - Slide

Beats
De afterbeat en offbeat zijn kenmerking die slaven aanbrachten bij de balnke liedjes die ze in hun nieuwe land leerden. De liedjes werden er veel swingender door.

Slide 20 - Slide

Welke beatsoort speelt het orgel als begeleiding?
A
four-beat
B
two-beat
C
after-beat
D
off-beat

Slide 21 - Quiz

Welke beatsoort speelt het orgel als begeleiding?
A
four-beat
B
two-beat
C
after-beat
D
off-beat

Slide 22 - Quiz

Welke beatsoort speelt het orgel als begeleiding?
A
four-beat
B
two-beat
C
after-beat
D
off-beat

Slide 23 - Quiz

Slide 24 - Video

Hit the road Jack
Abm       Abm
Hit the road Jack
And don't you come back 
no more, no more, no more, no more.
Hit the road Jack
And don't you come back no more

Slide 25 - Slide

Hit the road Jack
Woah Woman, oh woman, don't treat me so mean 
You're the meanest old woman that I've ever seen 
I guess if you said so 
I'd have to pack my things and go 
[That's right!] 
What you say? 
Hit the road Jack, and don't you come back no more, no more, no more, 
Hit the road JackAnd don't you come back no more

Slide 26 - Slide

5 Het begin
Popmuziek is ontstaan uit 3 verschillende soorten muziek in de Verenigde Staten van Amerika omstreeks 1900
Blues, Country en Jazz

Slide 27 - Slide

5a Blues
De blues komen van de slavenvelden. Tijdens de verschrikkelijk zware arbei zongen de slaven hun liedjes. De liedjes klonken vaak droevig (=blue). De teksten waren vaak verhalen die op dat moment werden verzonnen. Bijvoorbeeld over rassenhaat, het noodloot, armoede, pijn, vluchten, het verlies van een geliefde en de dood. Men zong om zo de lange dagen door te komen. Soms werden de liedjes begeleid op gitaar.

Slide 28 - Slide

Kenmerken liedstijlen
De slaven hadden 3 verschillende liedstijlen.

Blues
  • Klaagzang
  • Langzaam
  • Uiten van gevoelens
  • meestal solo

Worksong
  • Ter ondersteuning 
    van het werk
  • Teksten over het werk
  • Erg ritmisch
Gospel
  • Godsdienstig
  • Koor/voorzanger
  • Matig tempo
  • Call & Response

Slide 29 - Slide

Welke van de drie hoor je? (17)
A
Blues
B
Worksong
C
Gospel

Slide 30 - Quiz

Welke van de drie hoor je? (18)
A
Blues
B
Worksong
C
Gospel

Slide 31 - Quiz

Welke van de drie hoor je? (19)
A
Blues
B
Worksong
C
Gospel

Slide 32 - Quiz

5b Country
Het countrylied wordt gezongen door de blanke landarbeider, spoorwegbouwers, farmers en cowboys. De teksten gaan over het werk, het vee, liefde en gebeurtenissen langs de lange, stoffige weg.
Het geluid van de countryzanger klinkt wat nasaal. De belangrijkste instrumenten zijn de banjo, slide-guitar, fiddle en het washboard. De 1920 wordt de wildwest-film populair. De cowboyliedjes worden dan een commercieel succes als Country & Western.

Slide 33 - Slide

Welke functie heeft dit muziekstuk? (20)

Slide 34 - Open question

Welke functie heeft dit muziekstuk? (21)

Slide 35 - Open question

5c Jazz
Na de afschaffing van de slavernij trokken de slaven naar de grote steden. Daar leerden ze instrumenten bespelen en zo ontstonden in New Orleans de eerste jazzbands. De ex-slaven zongen en speelden 'blanke' liedjes op hun eigen vrije en swingende Afrikaanse manier. Zo hielden ze toch nog iets van hun eigen cultuur vast.
De jazzbands speelden op straat, in cafés en op grote radarboten van de Mississipi. Ze speelden blues en hun versie van 'blanke' liedjes. Omdat de muziek zo swingde gingen steeds meer mensen de jazz waarderen. Zo kon jazz zich door de hele VS verspreiden.

Slide 36 - Slide

5C Jazz - St James Infirmary Blues
Popmuziek is ontstaan uit de vermenging van blues, country en jazz. Dat kwam onder anderen doordat muzikanten liejdes uit andere stijlen gingen uitvoeren en ze een beetje aanpasten aan hun eigen stijl. Hieronder zie je de tekst van een blueslied:

St James Infirmary blues
1. It was down in Old Joe's barroom, ona corner by the square.
The drinks were served as usual, and the usual crowd was there.
2. On the left stood Joe McKennedy, his eyes were bloodshot red.
He turned to the crowd around him, these were the very words he said.
3. Let her go, let her go, God bless her, where ever she may be.
She may search this wide world over, never find a man as sweet as me.
4. I went down to the St James Infirmary, I saw my baby there
Stretched out on a long white table, so sweet, so cold, so fair.

Slide 37 - Slide

Welke typische blues onderwerpen herken je in dit lied?

Slide 38 - Open question

Je hoort een uitvoering van de country zanger
Pete Seeger.
Welke woorden zingt hij anders?

Slide 39 - Open question

Wat is de vorm?
noteer: c1, c2, c3, c4, en R

Slide 40 - Open question