This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slide.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Toets thema 1 bas 1 t/m 6
Lees de vraag rustig, je hebt tijd genoeg.
De toets bestaat uit 18 vragen
Slide 1 - Slide
Wat heeft een plant nodig voor fotosynthese?
Wat maakt een plant bij fotosynthese?
Slide 2 - Drag question
Welke cel zal de meeste mitochondriën hebben?
A
Een huidcel
B
Een wangslijmvlies cel
C
Een spiercel
D
Een hersencel
Slide 3 - Quiz
In de afbeelding hiernaast zie je vijf reageerbuizen met organismen. Alleen buis 5 staat in het donker, alle andere buizen staan in het licht.
In welke buis is na een uur het koolstofdioxide gehalte het meest gestegen?
Slide 4 - Open question
In de afbeelding hiernaast zie je vijf reageerbuizen met organismen. Alleen buis 5 staat in het donker, alle andere buizen staan in het licht. In welke buis of buizen wordt glucose gemaakt? Leg je antwoord uit.
Slide 5 - Open question
Hoe zou je de verbranding van glucose kunnen opschrijven?
->
Glucose
Zuurstof
Energie
Koolstofdioxide
Water
Slide 6 - Drag question
Wilco is marathonloper. Hij traint altijd buiten. Wanneer kost een training hem meer energie, in de zomer of in de winter? leg je antwoord uit.
Slide 7 - Open question
longblaasjes
longen
Bronchiën
luchtpijptakje
Luchtpijp
Slide 8 - Drag question
Zet de organen in de juiste volgorde
Lucht gaat het lichaam in
Gaswisseling
Neusholte
Longblaasjes
Keelholte
Bronchiën
Luchtpijptakjes
Luchtpijp
Slide 9 - Drag question
Ademen
Slikken
Verslikken
Slide 10 - Drag question
In welk deel van je ademhalingsstelsel zitten er kraakbeenringen?
A
In je luchtpijp en bronchiën
B
In je luchtpijp en strottenhoofd
C
In je luchtpijp en longblaasjes
D
In je strottenhoofd en bronchiën
Slide 11 - Quiz
Dolfijnen ademen net als mensen met longen. Maar een dolfijn ademt niet in en uit door de mond of de neus. Een dolfijn heeft een blaasgat boven op de kop. Bij het duiken sluit hij het blaasgat af. Heeft een dolfijn een huig?
A
Ja
B
Nee
Slide 12 - Quiz
Versnelt gaswisseling
Vertraagt gaswisseling
Groot oppervlak longblaasjes
Langzame ademhaling
Slijmlaag in longblaasjes
Ontstoken luchtpijptakjes
Dunne wand longblaasje
Bloedvaatjes dicht tegen longblaasje
Slide 13 - Drag question
Ademhalen
Bij de borstademhaling/buikademhaling bewegen de ribben en het borstbeen. Door het samentrekken van de tussenribspieren bewegen je ribben omhoog/omlaag en wordt de borstholte groter/kleiner.
Bij de borstademhaling/buikademhaling bewegen het middenrif en de buikwand. Door het samentrekken van je middenrif worden de longen , zodat je inademt/uitademt.
Borstademhaling
Buikademhaling
Omhoog
Omlaag
Groter
Kleiner
Groter
Kleiner
Inademt
Uitademt
Slide 14 - Drag question
Een hooikoortspatiënt is allergisch voor bepaalde deeltjes die in de lucht kunnen voorkomen. In de lucht komen onder andere voor: 1 bacteriën; 2 stuifmeelkorrels van naaldbomen; 3 fijngewreven uitwerpselen van huisstofmijten. Voor welk(e) van deze deeltjes is een hooikoortspatiënt vooral allergisch?
A
1
B
2
C
3
D
2 en 3
Slide 15 - Quiz
Welke belangrijke ademhalingsspier ontbreekt er bij vogels?
Slide 16 - Open question
wat hoort waar?
Trachee
Stigma
Huidmondje
Kieuwboog
Lamel
Tegenstroom principe
Kieuwplaatje
Slide 17 - Drag question
Een volwassen egel weegt ongeveer 800 gram, een volwassen eekhoorn weegt ongeveer 350 gram. Bij welk van beide dieren vindt de meeste verbranding plaats wanneer beide dieren even snel lopen? Leg je antwoord uit.
Slide 18 - Open question
Welke stellingen zijn juist. Tijdens het ademhalen... A) staat het strotklepje omhoog B) Staat het strotklepje omlaag C) Hangt de huig naar beneden D) Staat de huig omhoog
A
A en C
B
B en D
C
A en D
D
B en C
Slide 19 - Quiz
Welke tekening geeft op de juiste manier de ademhaling bij vissen weer?
A
Tekening 1
B
Tekening 2
C
Tekening 3
Slide 20 - Quiz
Is de volgende bewering juist of onjuist?
Smog is luchtvervuiling die vooral bestaat uit bacteriën en virussen.