This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.
Items in this lesson
Wat weet je nog van
12.3
soorten veranderen
?
Slide 1 - Slide
De grondlegger van de evolutietheorie
A
Lamarck
B
De Vink
C
Darwin
D
MH2F
Slide 2 - Quiz
Waardoor werd leven op land mogelijk?
A
De temperatuur ging omlaag
B
Er kwam genoeg zuurstof in de lucht
C
De dieren kregen poten
D
Er kwam minder UV-straling op de grond
Slide 3 - Quiz
Zet in volgorde van ontstaan op aarde (toen naar nu)
A
cyanobacterie-reptiel-amfibie-vis-mens
B
cyanobacterie-vis-amfibie-reptiel-mens
C
cyanobacterie-vis-reptiel-amfibie-mens
D
cyanobacterie-amfibie-reptiel-vis-mens
Slide 4 - Quiz
Welke term omschrijft de afbeelding hiernaast het beste?
A
Natuurlijke selectie
B
Isolatie
C
Variatie
D
Evolutie
Slide 5 - Quiz
Wat is een voorbeeld van isolatie?
A
Een rivier die plots een bosgebied in twee delen scheidt
B
Deel 1 van een groep bruine kikkers paart enkel in maart
C
Kleinere koolmezen eten enkel insecten tussen boombladeren
D
Enkele herten hebben geen pigment in hun vacht
Slide 6 - Quiz
Welke term omschrijft de kruisjes in de afbeelding hiernaast het beste?
A
Variatie
B
Natuurlijke selectie
C
Survival of the fittest
D
Ongunstig fenotype
Slide 7 - Quiz
Waarom is fotosynthese zo belangrijk voor het leven op aarde?
Slide 8 - Open question
Kleine verschillen tussen organismen van dezelfde soort
Het proces waarbij niet alle organismen van dezelfde soort hetzelfde aantal nakomelingen krijgt.
De overeenkomst in DNA en uiterlijk van verschillende organismen.
Verwantschap
Variatie
Selectie
Slide 9 - Drag question
De witte, grijze en zwarte berkenspanners (soort vlinder) zijn dezelfde soort. Hoe heet dit verschil in kleur binnen een soort?
A
Natuurlijke selectie
B
Survival of the fittest
C
Struggle for life
D
Variatie
Slide 10 - Quiz
Hoe ontstaan nieuwe soorten?
A
door isolatie
B
door erfelijke variatie
C
doot natuurlijke selectie
D
door A t/m C
Slide 11 - Quiz
Mutatie is een verandering van het DNA. Hierdoor ontstaan variaties in erfelijke eigenschappen
A
juist
B
onjuist
C
Kan je zo niet zeggen
Slide 12 - Quiz
12.4 evolutie van de mens
Slide 13 - Slide
12.4 Leerdoelen
Hoe veranderen onze voorouders
Waar komen wij vandaan
Hoe evolueert de mens verder
Slide 14 - Slide
12.4 Begrippenlijst
opponeerbare duim-geen staart-stamboom
mensachtigen
sikkelcelziekte
Slide 15 - Slide
Wat is Evolutie?
Evolutie= langzaam ontstaan van het ene soort uit een andere soort
Dit proces heeft het volgende principe: ‘Het best aangepaste organisme heeft de grootste kans om te overleven en zijn erfelijke eigenschappen door te geven aan de volgende generatie’
Voorwaarden voor evolutie: * Er is variatie *De variatie is erfelijk (dus mutatie) *Er is (natuurlijke) selectie
Slide 16 - Slide
Evolutie van de mens
Slide 17 - Slide
Evolutie van de mens
7 miljoen jaar geleden een gemeenschappelijke voorouder.
Autralophithecus afarensis - geen opponeerbare teen
Homo habilis - stenen werktuigen
Homo erectus - jagers en vissers, vuur
Homo sapies - plat gezicht, groot hersenvolume
Slide 18 - Slide
Mens - Aap
Grotere herseninhoud
Kleinere kaken
Bekken om rechtop te lopen
Grote tenen wijzen naar voren (niet opponeerbaar)
Slide 19 - Slide
Herhaling evolutie
Het volgende filmpje is een samenvattingsfilmpje voor evolutie.
(handig om voor de toets nog een keer te bekijken)
Slide 20 - Slide
Slide 21 - Video
12.4 Aan de slag
Opdrachten maken,
Nakijken,
Herhalen,
Oefenen
Slide 22 - Slide
A
C
B
D
E
De gemeenschappelijke voorouder van Gibbon en Mens
Slide 23 - Drag question
12.6 Knutselen met DNA
Slide 24 - Slide
Doelen van 12.6
-Je kan uitleggen waarom (waarvoor) mensen het DNA van organismen veranderen. -En, hoe mensen het DNA van organismen veranderen.
-Je kan enkele bezwaren noemen die tegenstanders hebben.
Slide 25 - Slide
Waarom zo je DNA willen veranderen?
-groeihormoon voor kinderen
-medicijnen
-biobrandstof
-(aangepast)voedsel
-genezen van ziekten(gentherapie)
Slide 26 - Slide
Slide 27 - Video
Gentherapie
Ingrijpen in de genen
bijv. insuline.
Insuline wordt gemaakt door bacteriën waar een menselijk gen ingebracht is.
Slide 28 - Slide
Slide 29 - Video
Hoe kun je DNA veranderen?
gewenst gen d.m.v. enzymen 'knippen'uit DNA
injecterend.m.v. vector of m.b.v. kogeltjes inbrengen in de celkern van organisme
selecteren van cellen met het nieuwe gen
transgeen organisme is het resultaat van genetische modificatie