Als je op deze vragen een antwoord weet, dan ben je voorbereid op het tentamen.
Als je linksboven een luidspreker ziet, dan is er gesproken uitleg. Makkelijk omnog eens na te luisteren ter voorbereiding
Slide 2 - Slide
1.
Noem 3 aangeboren eigenschappen en 3 aangeleerde eigenschappen
Slide 3 - Slide
2.
Zonder dat je het door hebt, gedraag je je naar de cultuur van de samenleving waarin je opgroeit. Leg uit waarom dit zo is en leg hierin het begrip cultuur uit.
Slide 4 - Slide
3.
Leg het begrip socialisatie uit.
Slide 5 - Slide
4
Noem drie plekken waar je socialiseert en leg uit hoe deze plaatsen/ mensen invloed hebben op jouw waarden, normen en gedrag.
Slide 6 - Slide
5
Leg het verschil uit tussen de nature aanhangers en de nurture aanhangers.
Slide 7 - Slide
6.
Leren gaat niet vanzelf. Zo ook niet het proces van socialisatie waarbij je de normen, waarden en gewoonten leert die bij jou cultuur horen.
Noem de vier manieren waarop je leert.
Slide 8 - Slide
7.
Leg het begrip internalisatie uit.
Slide 9 - Slide
8.
Leg het begrip rolgedrag uit.
Slide 10 - Slide
9.
Leg het verschil uit tussen rolbevestigend en roldoorbrekend gedrag
Slide 11 - Slide
10.
Leg uit wat het begrip tolerant betekend.
Slide 12 - Slide
11.
Leg uit waarom jongeren vaak last hebben van groepsdruk.
Slide 13 - Slide
12.
Noem een voorbeeld van een generatieconflict.
Slide 14 - Slide
13.
Leg uit wat identificatie is.
Slide 15 - Slide
14.
Noem een voorbeeld van groepsidentificatie
Slide 16 - Slide
15
Noem drie redenen waarom je, je verbonden kan voelen met bepaalde groepen in de samenleving.
Slide 17 - Slide
16.
Leg het begrip sociale cohesie uit en leg uit wanneer er in Nederland sterk sprake is van een wij- gevoel
Slide 18 - Slide
Einde Hoofdstuk 2
Nogmaals:
Op het luidsprekertje klikken, dan krijg je nogmaals kort uitleg.