Sven zit in zijn t-shirt in de klas, zijn buurvrouw zet het raam open. Daardoor daalt de temperatuur en krijgt hij kippenvel. Hij vindt dat het te koud is geworden. Zal er een verandering hebben plaats gevonden in de warmteproductie in het lichaam van Sven? Zo ja, welke verandering?
B
Ja, de warmteproductie wordt groter.
C
Ja, de warmte productie wordt minder.