LJ2 Modals + possessives

• Engels
• Middelbare school
• vmbo t, havo
• Leerjaar 1,2

Modal verbs

hulpwerkwoorden -> 

voegen een betekenis toe aan een ander werkwoord. 

welke hulpwerkwoorden (in het Engels) ken je?

I help you

I can help you

I could help you

I should help you

I must help you

I will help you

May I help you?

I might help you

Shall I help you?

Ik help je

Ik kan je helpen

Ik zou je kunnen helpen

Ik zou je moeten helpen

Ik moet je helpen

Ik ga je helpen

Mag ik je helpen?

Ik ga je misschien helpen.

Zal ik je helpen?

Compare:

You should eat fruit every day

You will eat fruit every day

You must eat fruit every day

Vergelijk:

Je zou elke dag fruit moeten eten

Je gaat elke dag fruit eten

Je moet elke dag fruit eten.

You ......... put on a sweater, it's cold!

1. should
2. might

...... you hand me that bag, please?

1. May
2. Could

I ....... go with you, I'm not sure yet

1. might
2. could

Good morning, Sir, ....... you like some tea?

1. will
2. would

You ....... never eat plastic

1. will
2. should

Don't walk on the grass. You ..... use the path

1. can
2. must

If you can't see well, you ..... wear glasses

1. could
2. should

Athletes ......... train every day to stay fit

1. ought to
2. can

...... we go to the cinema tonight?

1. Shall
2. Would

I ...... love to come with you!

1. can
2. would

Possessives

bezitsvormen

meervoud is altijd +s of +es

bezitsvorm: 

's

'

of

my mother's job

David's phone

Lucas' sister

your parents' car

United States of America

The screen of my phone

De auto van mijn moeder

1. my mother's car
2. my mothers car

De vacht van de kat

1. the cat's fur
2. the fur of the cat

De tuin van het paleis

1. the Palace's garden
2. The garden of the palace

De vraag van de dag

1. The day's question
2. The question of the day

Vertaal:
De vogel van Guus

Vertaal:
De honden van mijn zussen

Vertaal:
De docent van de klas