Economie T2 H1.2

• Economie
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

HERHALING VORIGE LES

Wat zijn voorbeelden van een tegenprestatie

1. Krantenlopen
2. Oppassen
3. Kleedgeld
4. Reisgeld

Nick krijgt iedere vrijdag € 2 zakgeld van zijn moeder. Wat voor soort inkomen is zakgeld ?

1. Inkomen met tegenprestatie
2. Inkomen zonder tegenprestatie
3. Inkomen in natura
4. Gratis geld

Piet werkt vijf dagen per week als schoonmaker. Dit is een vorm van inkomen....

1. met tegenprestatie
2. zonder tegenprestatie

Welke van onderstaande antwoorden vallen onder niet-vrij besteedbaar inkomen ?

1. Reisgeld
2. Kleedgeld
3. Zakgeld

H1 §2 inkomsten omrekenen

Leerdoelen

Ik kan inkomsten over verschillende perioden omrekenen.

Ik kan inkomsten vergelijken met elkaar.

Voorbereiden

Inkomsten en uitgaven hebben vaak een bepaalde regelmaat:

per week, per maand, per jaar 

Je kunt inkomsten en uitgaven alleen vergelijken als ze over dezelfde periode gaan, bijv. over een week of of over een maand

Vergelijken

Voorbereiden

Omrekenen naar een andere periode

Voorbereiden

Lonen en uitkeringen worden meestal per maand uitbetaald.

Ontvangsten kunnen ook per week, per kwartaal of per jaar voorkomen.

Als je ze wilt vergelijken, moet je ze omrekenen naar dezelfde periode.

Dit kun je ook met uitgaven doen.

Andere periode

Voorbereiden

Stelregel

ALTIJD EERST OMREKENEN NAAR ÉÉN JAAR!!!

Voorbereiden

Maak de rekentrainer van 1.2: bedragen omrekenen naar een andere periode. Schrijf ook je tussenstap op!

Eerste 5 min. maak je de opdrachten alleen. De laatste 5 min. mag je samenwerken.

Even oefenen...

Hoeveel dagen zitten er in een jaar?

1. 364
2. 365
3. 369

Hoeveel weken zitten er in een jaar?

1. 50
2. 51
3. 52

Jeroen krijgt € 5 zakgeld per week. Hoeveel is dit per maand?

1. € 20
2. € 20,83
3. € 21,67
4. € 22

Tot de volgende les!

Huiswerk:

- Lees de leertekst van H1.2 

Maken opgaven H1.2 ( 1-9) en rekentrainer par. 1.2 (blz. 35)