Een groenstrook is ook wel van een berm te onderscheiden door een stoeprand tussen de weg en deze groenstrook.
A
Juist.
B
Onjuist.
1 / 18
next
Slide 1: Quiz
Handhaver toezicht en veiligheidMBOStudiejaar 2
This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Een groenstrook is ook wel van een berm te onderscheiden door een stoeprand tussen de weg en deze groenstrook.
A
Juist.
B
Onjuist.
Slide 1 - Quiz
Het College kan ontheffing verlenen voor het parkeren op een groenstrook.
A
Juist.
B
Onjuist.
Slide 2 - Quiz
Een parkeerverbod aangeduid door bord E1 uit bijlage 1 van de RVV 1990 is ook geldig in de berm aangezien de berm tot de weg behoort.
A
Juist.
B
Onjuist.
Slide 3 - Quiz
Een parkeerverbod aangeduid door bord E1 uit bijlage 1 van de RVV 1990 is ook geldig in een aan de weg liggend plantsoen aangezien dit plantsoen tot de weg behoort.
A
Juist.
B
Onjuist.
Slide 4 - Quiz
Een parkeerverbod in een plantsoen moet aangeduid worden door een bord.
A
Juist.
B
Onjuist.
Slide 5 - Quiz
Het APV-artikel met betrekking tot het plaatsen van fietsen en bromfietsen kent altijd een maximaal onafgebroken periode. Na die periode is de gedraging verboden.
A
Juist.
B
Onjuist.
Slide 6 - Quiz
Zie vraag 1. Hier is sprake van overtreding van het betreffende APV-artikel
A
Juist.
B
Onjuist.
Slide 7 - Quiz
Zie vraag 2. De handeling is strafbaar als deze caravan staat in een door het College aangewezen weg waar dit buitensporig is voor de verdeling van parkeerplaatsen.
A
Juist.
B
Onjuist.
Slide 8 - Quiz
Zie vraag 2. De handeling is strafbaar als deze caravan staat in een door het College aangewezen plaats waar dit het uiterlijk aanzien van de gemeente belemmert.
A
Juist.
B
Onjuist.
Slide 9 - Quiz
Zie vraag 3. Deze handeling is ook in alle gevallen strafbaar buiten een door het College aangewezen weg of plaats als het voertuig het uitzicht belemmert voor een woning of voor dagelijks gebruik bestemd gebouw of op enigerlei andere wijze overlast of hinder veroorzaakt.
A
Ja, als deze langer is dan 6 meter en hoger dan 2,4 meter.
B
Ja, als deze langer is dan 6 meter of hoger dan 2,4 meter.
C
Nee.
Slide 10 - Quiz
Zie vraag 4. Indien dit voertuig de in de APV gegeven afmetingen overschrijdt met betrekking tot het uiterlijk aanzien van de gemeente, is deze handeling toch niet strafbaar omdat dit voorval plaatsvindt op een werkdag tussen 8:00 en 18:00 uur.
A
Juist.
B
Onjuist.
Slide 11 - Quiz
Zie vraag 4. Het voertuig uit deze vraag is niet in overtreding omdat de afmetingen meer dan 6 meter lang en meer dan 2,4 meter hoog moeten zijn.
A
Juist.
B
Onjuist.
Slide 12 - Quiz
Zie vraag 5. De handeling daar is strafbaar volgens de APV i.v.m. de verdeling van parkeerplaatsen (4 meter lang en 2,6 meter hoog).
A
Juist.
B
Onjuist.
Slide 13 - Quiz
Zie vraag 6. Is deze handeling verboden?
A
Ja.
B
Nee.
Slide 14 - Quiz
Zie vraag 7. Na hoeveel dagen is deze situatie vermoedelijk strafbaar?
A
0
B
1
C
2
D
3
Slide 15 - Quiz
Zie vraag 8. Wanneer is deze handeling strafbaar?
A
Op door College aangewezen weg zonder ontheffing.
B
Op door College aangewezen weg.
C
Zonder ontheffing.
D
Op door College aangewezen weg zonder vergunning.
Slide 16 - Quiz
Zie vraag 9. Deze handeling is niet verboden omdat het hier de berm betreft en er geen bord E1 uit bijlage 1 van de RVV 1990 is aangebracht.
A
Juist.
B
Onjuist.
Slide 17 - Quiz
Zie vraag 10. Het betreffende voertuig (6,1 meter lang en 2,3 meter hoog) is in dit geval alleen strafbaar als het hier een door het College aangewezen plaats of weg betreft.