dinsdag 25 januari H2 spelling werkwoorden

Welkom!

Leg je leesboek vast klaar op je tafel. 
1 / 22
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom!

Leg je leesboek vast klaar op je tafel. 

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Tien minuten lezen
timer
10:00

Slide 2 - Slide

\
1. 10 minuten lezen
2. Kahoot Engelse werkwoorden
3. Nakijken
4. Herhaling werkwoordspelling
5. Afsluiting
Deze les

Slide 3 - Slide

This item has no instructions


Je kan Engelse werkwoorden correct spellen. 

Je kan de pvtt, pvvt en vd correct spellen.  


Leerdoelen deze les:

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Kahoot
Kahoot Time!
Afspraken:
- Je gebruikt
altijd je eigen naam. 
- Na de vraag is het rustig zodat we het antwoord kunnen bespreken. 

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Pak H2 spelling werkwoorden opdracht 1 t/m 5 erbij!


Nakijken!

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Werkwoordspelling: pvtt en pvvt

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Leg uit wat zwakke werkwoorden zijn.

Slide 8 - Mind map

This item has no instructions

Leg uit wat sterke werkwoorden zijn.

Slide 9 - Mind map

This item has no instructions

Gisteren ___ onze keuken gerenoveerd.

PVVT
A
word
B
werd
C
wordt
D
werdt

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Ons kleine katje ___ vanmorgen de nieuwe bank stuk.
PVVT
A
krabt
B
krabte
C
krabde
D
krabbelde

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Vorig jaar ___ we die zware spullen zelf naar boven.
VT
A
sjouwde
B
sjouwdde
C
sjouwden
D
sjouwdden

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Zet de zin in de verleden tijd:
"Ik haast me naar het werk."

Slide 13 - Open question

This item has no instructions

Zet de zin in de verleden tijd:
"Hij beleeft een geweldige dag."

Slide 14 - Open question

This item has no instructions

Schrijf de persoonsvorm op in verleden tijd enkelvoud.
RUSTEN
A
rust
B
ruste
C
rustten
D
rustte

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Hij (winnen) de wedstrijd
A
wind
B
wint

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Ik (vinden) de les erg leuk
A
vind
B
vindt

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Het (gebeuren) niet vaak dat ik de les niet leuk vind.
A
gebeurt
B
gebeurd

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

Goed of fout?
Tip: Het gaat om het woordje 'betaald'. Het hele werkwoord is 'betalen'.

Slide 19 - Slide

Bron: Advertentiekronkels. Met dank aan F. Bierling


Goed of fout?

Slide 20 - Slide

(Het hele werkwoord: steunen. De stam: steun)
Bron: Taalfouten spotten.

Het 't ex-kofschip gebruik je alleen bij de verleden tijd.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

  • Lesdoelen behaald? 

  • Huiswerk voor donderdag: Socrative quiz thuis maken. 
    --> Link staat vanmiddag op SOM. 
Afsluiting

Slide 22 - Slide

This item has no instructions