Gastles slang stellingen 6-8

De slang
1 / 14
next
Slide 1: Slide
BiologieBasisschoolGroep 5-8

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

De slang

Slide 1 - Slide


Slangen leggen eieren.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 2 - Quiz

Slangen zijn Reptielen
  • Koudbloedig
  • Leggen eieren op het land (of zijn eierlevendbarend!)
  • Eieren met een zachte leerachtige schaal
  • Jongen lijken op hun ouders
  • Huid bedekt met schubben

Slide 3 - Slide


Slangen verzorgen hun jongen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 4 - Quiz

Zorgzaam?
Geen enkele slang zorgt na de geboorte voor haar jongen
-
De koningscobra maakt als enige soort een nest voor haar eieren en beschermt deze fel tot de jongen uitkomen.

Slide 5 - Slide


Slangen kunnen zwemmen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 6 - Quiz

Een slang kan 'ruiken' met zijn tong.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 7 - Quiz

Een slang hoeft maar 1 keer in de week te eten.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 8 - Quiz

Honger?
Een adder vangt maar 6 tot 10 prooien per jaar.

Na de bevruchting eet het vrouwtje maanden niet tot de jongen worden geboren.

Ze is dan zoveel mogelijk aan het zonnebaden. Door de warmte van de zon, groeien haar jongen extra hard.
Ze heeft in die periode geen tijd om te eten.

Slide 9 - Slide


Een slang kan niet horen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 10 - Quiz

Van het gif van slangen worden medicijnen gemaakt.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quiz

De schubben van een slang vallen er één voor één af. Zo krijgt hij een mooi nieuw vel.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quiz

De winterslaap doet een slang altijd alleen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quiz


Het gaat goed met slangen in Nederland. Ze hoeven niet beschermd te worden.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 14 - Quiz