24/25 week 6 les 2

1 / 20
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 20 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

  • BBBB
  • lire
  • écrire
Le but: à la fin de ce cours:
  • heb ik geoefend met lezen in het Frans
  • kan ik iets over mijn familie, mijzelf en mijn hobbies vertellen

Slide 2 - Slide

Brein - Boek - Buur - Baas

De westrijd begint om 2 uur.


Houd je ook van muziek spelen?
timer
1:00

Slide 3 - Slide

Brein - Boek - Buur - Baas
Le match commence à deux heures.



Tu aimes aussi jouer de la musique?
timer
1:00

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Lire page 80

Lees de titel, kopjes, bekijk de foto, over wie gaat het? 

Lees de 1e twee vragen en antwoorden.

Dadelijk: paar vragen in het Frans

timer
3:00

Slide 9 - Slide

Des questions

Elle s'appelle comment?
Elle a quel âge?
Quel est son sport préféré?


Slide 10 - Slide

Lire - page 80, 81, 82
Ik vind lezen moeilijk
Ik vind lezen makkelijk
* vraag 2, 3, 4, 7
** vraag 2, 3, 4, 8
** vraag 8 
*** vraag 4, 7

Slide 11 - Slide

Waar controleer je op als je een zin controleert?

Slide 12 - Slide

Zoek de fout in elke zin

1. Ma mère fais de la cuisine

2. Elle aime aussi la télé regarder.

3. Mon pére joue du violoncelle.

4. Je commence quand j´avais 4 ans.

5. Mon frère et moi, nous regardons souvent une bon film.

Kies uit:
- foute volgorde
- fout accent
- fout lidwoord
- fout vervoegd
- foute tijd
timer
3:00

Slide 13 - Slide

In elk van deze zinnen zit een andere fout:

1. Ma mère fais de la cuisine.

2. Elle aime aussi (la télé) (regarder).

3. Mon pére joue du violoncelle.

4. Je commence quand j´avais 4 ans

5. Mon frère et moi, nous regardons souvent une bon film.

Kies uit:
- foute volgorde
- fout accent
- fout lidwoord
- fout vervoegd
- foute tijd
timer
3:00

Slide 14 - Slide

Checklist

Zinsvolgorde: (tijdsaanduiding) - onderwerp - werkwoorden - rest zin

Vervoegingen: klopt de uitgang van de persoonsvorm met het onderwerp

Tijd:  futur (proche), présent, passé composé 

Lidwoorden: zoek op bij twijfel
Accenten: denk aan de uitspraak: é zoals één, è en ê zoals èlf.




Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Écrire
- Stel jezelf en je familie voor 
   in ca. 30 woorden 

- Schrijf iets over je hobby
   ca. 30 woorden
- Zinsvolgorde
- Vervoegingen
- Tijd
- Lidwoorden
- Accenten

Slide 17 - Slide

MO A2E
Rebecca
Izhar
Ruben

Slide 18 - Slide

MO A2C
Suzan
Danique
Samira
Maren
Sarah
Mimi

Slide 19 - Slide

Les devoirs
Leren regelmatige werkwoorden -er présent, faire, pouvoir
Afmaken vragen leestekst blz 80



Ik vind lezen moeilijk
Ik vind lezen makkelijk
* vraag 2, 3, 4, 7
** vraag 2, 3, 4, 8
** vraag 8 
*** vraag 4, 7

Slide 20 - Slide