H2 -Wiederholung 5

H2 - Woche 6 - Stunde 3
1 / 19
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

H2 - Woche 6 - Stunde 3

Slide 1 - Slide

Aan het begin van de les
1. Zoek (rustig) je plekje op volgens de plattegrond.

2.Leg op de hoek van je tafel: 
  • Buch (Neue Kontakte havo 1-2 A)
  • Heft
  • Stift
  • iPad (op de hoek van de tafel)



3. Dagopening

Slide 2 - Slide

Dagopening
1. Kijk de video: https://www.youtube.com/shorts/dtIEEgZwd3Y

2. Vragen bespreken: 
  • Heb jij weleens meegedaan met een challenge? Zo ja; wat was de reden om mee te doen?
  • Vind jij de choking challenge gevaarlijk?
  • Wat kan nog meer helpen om jongeren te waarschuwen voor de gevaren van challenges?

Slide 3 - Slide

Planung

Weißt du es noch? - Retrieval practice
  • ein(e) / kein(e) en de bezittelijk voornaamwoorden in Lessonup

    Toetsvoorbereiding: Wiederholung 5
    • Selbstständig üben WHA 5 Aufgabe 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8







    Lernziele

    • Je kunt het onbepaald lidwoord 'ein' en 'kein' correct gebruiken. 

    • Je kent de bezittelijk voornaamwoorden in het Duits en kunt ze actief gebruiken. 





      Toets H2duG4 Kapitel 4 und Kapitel 5 Donnerstag den. 13 Februar

      Slide 4 - Slide

      Zoek de juiste vertaling van 'ein/kein' ein de bezittelijk voornaamwoord bij elkaar. 
      mijn
      jouw
      zijn
      haar
      ons/onze
      jullie
      hun
      uw
      een
      geen
      mein
      dein
      sein
      kein
      ein
      ihr 
      ihr 
      unser
      euer
      Ihr

      Slide 5 - Drag question

      ich
      ik
      du
      jij
      er
      hij
      sie
      zij (ev)
      wir
      wij
      ihr
      jullie
      sie
      zij (mv)
      Sie
      U
      mein(e)
      mijn
      dein(e)
      jouw
      sein(e)
      zijn
      ihr(e)
      haar
      unser(e)
      ons/onze
      eu(e)r(e)
      jullie
      ihr(e)
      hun
      Ihr(e)
      uw
      Persoonlijke voornaamwoorden
      Bezittelijke voornaamwoorden

      Slide 6 - Slide

      Wanneer krijg je achter ein/kein bezittelijke voornaamwoorden een 'E'?
      A
      der- woorden (m)
      B
      die-woorden (v/mv)
      C
      das-woorden (o)
      D
      altijd

      Slide 7 - Quiz

      Wanneer krijg je achter ein/kein bezittelijke voornaamwoorden een extra E ?
      A
      der- woorden (m)
      B
      die-woorden (v/mv)
      C
      das-woorden (o)
      D
      altijd

      Slide 8 - Quiz

      mannelijk
      vrouwelijk
      onzijdig
      meervoud
      der Mann
      die Frau
      das Kind
      die Autos
      ein Mann
      eine Frau
      ein Kind
      keine Autos
      mein Mann
      meine Frau
      mein Kind
      meine Autos
      Het geslacht van de zelfstandige naamwoorden
      Het onbepaalde lidwoord ein- en het woord kein- krijgen bij vrouwelijke woorden en in het meervoud een -e.  Dat geldt ook voor de bezittelijke  voornaamwoorden.

      Slide 9 - Slide

      Was ist richtig?

      Wie schmeckt (jouw)
      ...... Schnitzel?
      A
      du
      B
      dein
      C
      deine
      D
      due

      Slide 10 - Quiz

      Was ist richtig?

      Ich trinke am liebsten (een)... Tasse Tee mit Zucker.
      A
      ein
      B
      eine
      C
      kein
      D
      keine

      Slide 11 - Quiz

      Was ist richtig?

      Wo ist (zijn) .... Gabel? Ist sie gefallen?


      A
      seine
      B
      sein
      C
      ihre
      D
      ihr

      Slide 12 - Quiz

      Was ist richtig?

      Ist (jullie) ... Eis auch schon geschmolzen?


      A
      unser
      B
      ihr
      C
      eure
      D
      euer

      Slide 13 - Quiz

      Entschuldigung! (Mijn) ... Suppe ist kalt!

      Slide 14 - Open question

      Welches Glas ist (uw)... Glas, Frau Schmidt?

      Slide 15 - Open question

      Möchtest du auch Cola? - Nein, danke ich mag (geen) ... Cola.

      Slide 16 - Open question

      Grammatik:Wiederholung 5
      Leerdoel
      1. Je kunt het onbepaald lidwoord 'ein' en 'kein' correct gebruiken. 
      2. Je kent de bezittelijk voornaamwoorden en kunt ze actief gebruiken. 
      Wat
      Machen Wiederholung 5 (S.190)
      * Aufgabe 1, 2, 3, 4,8  = einfacher: ik vind de stof nog wat lastig
      ** Aufgabe 5, 6, 7, 8   = schwieriger: ik begrijp de stof goed
      Hoe
      1. Kies welke set aan opdrachten bij jou past (einfacher/schwieriger)
      2. Lees de opdracht en vul de antwoorden in. Gebruik als hulpmiddel (indien  
          nodig) het Lernübersicht van K5 als hulpmiddel. 
      Met wie
      selbstständig, ruhig. Fragen = melde dich. 
      Tijd
      Dit lesuur, niet af = huiswerk
      Uitkomst
      De opdrachten worden besproken bij de weektaak maandag a.s.
      Klaar
      1.  Afronden K5 Slim stampen A, C, B, D, E, H (alle onderdelen 90% of >)
      2. Vooruitwerken: Oefentoets Kapitel 5 (Online) 
      3. Vooruitwerken: Buch B K6 B Wortschatz alle Aufgaben (online Buch)

      Slide 17 - Slide

      Lernziel check


          Aufgabe: In de onderstaande zinnen zit een fout. Overleg met je buurman/buurvrouw waarom dit fout is en verbeter de foute bezittelijk voornaamwoorden of onbepaald lidwoord in je schrift.
           
          1. Mein Pommes sind kalt! 
          2. Unsere Nachtisch ist sehr lecker, du sollst ihn auch probieren!
          3. Wird deine Gemüse noch serviert?

          1. 
          Je kunt het onbepaald lidwoord 'ein' en 'kein' correct gebruiken. 
          2. 
          Je kent de bezittelijk voornaamwoorden en kunt ze actief gebruiken. 

          Slide 18 - Slide

          nächste Stunde
            • Wochenaufgaben besprechen 
            • Entreeticket: Kans 2
            • Oefentoets Kapitel 5 machen
            • Sehen und Hören: Nicos Weg 



            Blijf op je plek tot de docent aangeeft dat het lesuur voorbij is. 
            Schuif je stoel aan en laat het lokaal netjes achter. Danke! 

            Slide 19 - Slide