Er bestaan onder meer:
* bijwoorden van graad: heel, zeer, nogal, enigszins, hartstikke
* bijwoorden van plaats/richting: waarheen, hier, elders, ginds, opzij
* bijwoorden van tijd: wanneer, morgen, vandaag, gisteren, binnenkort, onlangs
* aanwijzende bijwoorden: daar, hier, nu
* onbepaalde bijwoorden: ergens, nergens, nooit, altijd
* vragende bijwoorden: waar, wanneer, hoe