Groep 4&5 spelling: woorden met -d of -t

Wat ga je oefenen?
  • woorden die eindigen op: 
-d of -t   
1 / 17
next
Slide 1: Slide
SpellingBasisschoolGroep 4

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Wat ga je oefenen?
  • woorden die eindigen op: 
-d of -t   

Slide 1 - Slide

Noem 4 woorden die eindigen op een -d

Slide 2 - Mind map

Noem 4 woorden die eindigen op een -t

Slide 3 - Mind map

Slide 4 - Video

Slide 5 - Slide

d of t aan het eind?
frie...
Schrijf het hele woord op.

Slide 6 - Open question

Wat moet je doen om te weten te komen of je het woord met een ‘d’ of ‘t’ aan het einde schrijft?
A
Luisteren, hoor je een ‘t’ dan schrijf je een ‘t’.
B
Het zijn weetwoorden, je moet het gewoon weten
C
Je moet het woord langer maken
D
Als het rijmt op rond, schrijf je altijd een ‘d’.

Slide 7 - Quiz

Welk woord is fout geschreven.
Let op -d of -t aan het eind van het woord.
Maak het woord eerst langer.
A
agent
B
zijstraat
C
bospad
D
paart

Slide 8 - Quiz

d of t aan het eind?
gebi...
Schrijf het hele woord op.

Slide 9 - Open question

Bij welke woorden hoor je allemaal de klank t maar schrijf je een d ?
A
stad, honderd,bed
B
honderd,spannend, feestdag
C
honderd, schuifdeur,bed,
D
luchtbed,boottocht, roofdier

Slide 10 - Quiz

Welk woord is fout geschreven.
Let op -d of -t aan het eind van het woord.
Maak het woord eerst langer.
A
agent
B
zijstraat
C
bospad
D
paart

Slide 11 - Quiz

d of t aan het eind?
armban...
Schrijf het hele woord op.

Slide 12 - Open question

Welk woord is fout geschreven.
Let op de -d of -t aan het eind van het woord.
Maak het woord eerst langer.
A
jachthond
B
fietsbant
C
stoeprand
D
boekenkast

Slide 13 - Quiz

-d
-t
Sleep het plaatje naar het goede vak. 
Maak het woord eerst langer. 

Slide 14 - Drag question

d of t aan het eind?
gezon...
Schrijf het hele woord op.

Slide 15 - Open question

d of t aan het eind?
paar...
Schrijf het hele woord op.

Slide 16 - Open question

Slide 17 - Slide