Uitleg leerdoel 3

H13 Vlakke figuren





Ga rustig zitten op je plek.
Leg je wiskundespullen open op tafel.



1 / 23
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 23 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

H13 Vlakke figuren





Ga rustig zitten op je plek.
Leg je wiskundespullen open op tafel.



Slide 1 - Slide

Opbouw les 
  • Terugblik
  • Uitleg leerdoel 3
  • Aan de slag 
  • Afsluiting

Slide 2 - Slide

Vragen?

Slide 3 - Slide

Vragen?

Slide 4 - Slide

Voorkennis check

Slide 5 - Slide

H11

Slide 6 - Slide

Welke soorten driehoeken ken je?

Teken deze op je whiteboard!
Zet de naam eronder.
H13

Slide 7 - Slide

Eigenschappen van driehoeken

Rechthoekige driehoek   


Heeft een rechte hoek 

              (rechte hoek)

            


A=90°

Slide 8 - Slide

Eigenschappen van driehoeken

Gelijkbenige driehoek   


Twee gelijke zijden 

DF = EF

Twee gelijke hoeken 

              (basishoeken)

Lijnsymmetrisch

1 symmetrieas

D=E

Slide 9 - Slide

Eigenschappen van driehoeken

Gelijkzijdige driehoek   


Alle zijden zijn even lang.

GH = HI = IG

Alle hoeken zijn even groot.

              

Lijn- en draaisymmetrisch

3 symmetrieassen, kleinste draaihoek = 120 graden

G=H=I=60°

Slide 10 - Slide

Noteer zoveel mogelijk 
eigenschappen van een ruit!
H13

Slide 11 - Slide

Eigenschappen van een ruit

Een ruit is een bijzondere parallellogram, dus onderstaande eigenschappen gelden ook!!

  • de overstaande zijden zijn even lang
  • de overstaande zijden zijn evenwijdig
  • de overstaande hoeken zijn even groot
  • een parallellogram is draaisymmetrisch 
  • de diagonalen delen elkaar doormidden


En voor een ruit geldt ook nog ..

  • alle zijden zijn even lang
  • diagonalen staan loodrecht op elkaar
  • diagonalen zijn de symmetrieassen 

Slide 12 - Slide

Hoeken berekenen
Ik kan symmetrie herkennen (lijn en draai).

Slide 13 - Slide

Hoeken berekenen
  1. Gestrekte hoek = 180 graden
  2. Rechte hoek = 90 graden
  3. Volle hoek = 360 graden
  4. Overstaande hoeken zijn gelijk

Let op:  hoeken berekenen is niet meten!!  
(Geen geodriehoek nodig!)

WAT?

HOE?

WAAROM?

Slide 14 - Slide

Hoekensom driehoek

De drie hoeken van een driehoek zijn even groot als een gestrekte hoek

In elke driehoek zijn de hoeken opgeteld samen 180 graden



Hoekensom driehoek = 180 º

Slide 15 - Slide

Je hebt eerder de volgende hoeken geleerd.
A=90°
D=180°
E=360°

tussen de 0

en 90 graden

tussen de 90

en 180 graden

Slide 16 - Slide

Voorbeeld hoeken berekenen.
∠S₁ = 38º      Noteer wat je weet!


Let op je notatie!!

Slide 17 - Slide

Voorbeeld hoeken berekenen.
∠S₁ = 38º      Noteer wat je weet!

∠S₂ = 180º - 38º = 142º (gestrekte hoek)
Noteer tussen de haakjes de eigenschap die je gebruikt om de hoek te berekenen. ∠S₁₂ = 180º .


Let op je notatie!!

Slide 18 - Slide

Voorbeeld hoeken berekenen.
∠S₁ = 38º      Noteer wat je weet!

∠S₂ = 180º - 38º = 142º (gestrekte hoek)
Noteer tussen de haakjes de eigenschap die je gebruikt om de hoek te berekenen. ∠S₁₂ = 180º .

∠S₃ = 180º - 142º = 38º (gestrekte hoek)
Noteer tussen de haakjes de eigenschap die je gebruikt om de hoek te berekenen. ∠S₂₃ = 180º .

Let op je notatie!!

Slide 19 - Slide

Voorbeeld hoeken berekenen.
∠S₁ = 38º      Noteer wat je weet!

∠S₂ = 180º - 38º = 142º (gestrekte hoek)
Noteer tussen de haakjes de eigenschap die je gebruikt om de hoek te berekenen. ∠S₁₂ = 180º .

∠S₃ = 180º - 142º = 38º (gestrekte hoek)
Noteer tussen de haakjes de eigenschap die je gebruikt om de hoek te berekenen. ∠S₂₃ = 180º .

Uit bovenstaande kunnen we zeggen dat:

∠S₁ = ∠S₃ = 38º (overstaande hoek)
Let op je notatie!!

Slide 20 - Slide

Overstaande hoeken
Twee lijnen die elkaar snijden 
maken vier hoeken.

De overstaande hoeken zijn 
even groot.


Slide 21 - Slide

Aan de slag
Zelfstandig aan het werk  

Kijk je werk goed na en verbeter je fouten! Ga verder met de gedeelde lessen van 
Hoofdstuk 13 (leerdoel 3)

Heb je al je opgaven en aantekeningen zichtbaar gemaakt voor mij?
Dit doe je door ze te uploaden bij de fotovraag schrift controle.



ondersteunend: 7, O8, O11, 11, 12
doorlopend: 7, 8, 11, 12, U3
uitdagend: 7, 8, 11, U3, U4

Slide 22 - Slide

Teken een gelijkbenige rechthoekige driehoek!

Slide 23 - Slide